XML is zonder enige twijfel de belangrijkste ontwikkeling van de afgelopen tien jaar. XML is voor tekst wat SQL voor gegevens was, en zal minstens zoveel werk opleveren. Zoals de naam al aangeeft, is XML een opmaaktaal. In tegenstelling tot Html kunnen de opmaakinstructies worden toegesneden op de applicatie; een scheiding van vorm en inhoud dus. XML-documenten zullen hierdoor niet zo snel verouderen als gewone tekstverwerkersbestanden.
Het is onvermijdelijk dat de tekstverwerkers van vandaag worden vervangen door XML-editors. Door de enorme populariteit van tekstverwerkers zal dat echter niet zo snel gaan – vooral Microsoft Word kent zeer veel gebruikers. Toch is dit een goed moment om eens naar de eerste generatie XML-editors te kijken.
Het Web heeft al laten zien hoe krachtig op tekst gebaseerde systemen kunnen zijn, vooral als ze worden gebruikt in combinatie met een grafische front-end. In zulke systemen kan andere informatie eenvoudig worden opgenomen door een simpele formatteerslag. Een Html- of XML-document kan gewone tekst bevatten; tegelijkertijd kan een grafische afbeelding worden geformatteerd als een rijtje bytes, net als bijvoorbeeld een code-module. Dit is het principe achter Java-applets. Speciale markeringen (tags) geven het verschil aan tussen tekst en andere informatie; het zijn de tags die bepalen wat er moet worden gedaan met de bytes ertussenin.
Omdat de tags in Html voorgedefinieerd zijn, is er voor nieuwe functies een uitbreiding nodig. Dat kan een leveranciersspecifieke uitbreiding zijn (meestal Microsoft) of een nieuwe versie van Html. In beide gevallen is inconsistentie het gevolg. Met XML kunnen de tags naar eigen inzicht worden gedefinieerd of uitgebreid.
Op tekst gebaseerde systemen kunnen eenvoudig van gegevens worden voorzien. In een computer kunnen gegevens immers op veel manieren worden geformatteerd, maar uiteindelijk geven wij mensen toch de voorkeur aan alfanumerieke karakterstrings. Het getal honderddrieëntwintig wordt ingevoerd als een 1, gevolgd door een 2, gevolgd door een 3. Hetzelfde geldt voor de uitvoer.
In de huidige situatie is het binnen één en dezelfde omgeving vaak goed geregeld, maar als er gegevens van het ene systeem naar het andere moeten worden verplaatst, beginnen de problemen meestal pas goed. En die zijn nog erger als er meer dan twee systemen bij betrokken zijn, bijvoorbeeld wanneer er gegevens vanuit meerdere productiedatabases naar één gegevenspakhuis gekopieerd moeten worden. En het wordt nóg complexer als er meerdere bedrijven bij betrokken zijn, elk met hun eigen standaarden en systemen.
Elektronische handel is niet nieuw; edi is altijd zeer succesvol geweest. Een van de redenen voor dit succes was de noodzaak om aan de standaard te voldoen. Degene die gegevens verstuurt, moet een formaat gebruiken dat alle ontvangers begrijpen en kunnen ontcijferen. Zowel het formaat als de codering van de gegevens (Ascii, Ebcdic, Unicode en dergelijke) moeten daarbij geformaliseerd en gefixeerd worden. Het Swift-netwerk is hiervan een goed voorbeeld. Alle banken horen bij Swift, omdat het de enige manier is waarop elke bank een financiële transactie met elke andere bank kan aangaan. Een bank moet voldoen aan de standaard, anders kan zij geen internationale diensten aan haar klanten aanbieden. De formaten zijn lang geleden gedefinieerd en moeten nog steeds worden ondersteund. Naarmate het dienstenaanbod breder werd, zijn er echter nieuwe functies toegevoegd. De bestaande formaten moesten daarbij lichtelijk worden aangepast. Er zijn zelfs ongedefinieerde bytes gebruikt om velden in een record een andere betekenis te geven. Compatibiliteit is een groot probleem. Hetzelfde geldt voor alle edi-systemen van tegenwoordig; ze werken allemaal met vaste, voorgedefinieerde formaten.
Html is met succes gebruikt als gereedschap voor het opmaken van formulieren voor het invoeren van gegevens. De groei van de ‘business-to-consumer’ kant van e-handel is mogelijk gemaakt door gegevens te formatteren als Html-strings. Edi, de ‘business-to-business’ kant van e-handel, is zich niet helemaal onbewust van de voordelen van een opmaaktaal. In deze sector van de e-handel weet men precies hoeveel problemen het handhaven van continuïteit kan opleveren.
Edi via het Internet – soms ook wel extranet genoemd – is onvermijdelijk. Maar Html met zijn vaste tag-formaat is daarvoor niet de aangewezen standaard, omdat innovaties en nieuwe edi-functies ook weer nieuwe Html-versies zouden vereisen. XML is wél het antwoord. De edi-autoriteiten zijn daarbij verantwoordelijk voor de structuur, de XSL, die door de applicaties wordt gebruikt. Het uitbreiden van diensten is mogelijk waarbij compatibiliteit blijft gehandhaafd. Het is goed denkbaar dat e-handel gestruikeld zou zijn over de starheid van Html, maar zal groeien en bloeien onder XML. WebDAV is een voorbeeld van een op XML gebaseerde standaard.
Elk systeem voor gegevensuitwisseling zou XML moeten ondersteunen. Denk aan MQ Series of Microsoft Msmq, of kopieënbeheer voor het werken met gegevenspakhuizen. Laten we hopen dat XML meer standaard blijft dan het vergelijkbare SQL.