Het is nooit goed of het deugt niet. Sinds jaar en dag roept de BTG, de vereniging van grootgebruikers in de telecommunicatie, dat de tarieven naar beneden moeten. Dit betreft ook de tarieven die de KPN Telecom derden in rekening brengt voor het gebruik van zijn netwerk (de zogenaamde interconnectiviteit).
Dankzij allerlei strenge brieven van de Opta, die toeziet op de tarieven in telecomland, aan meneer Dik van KPN zijn de prijzen die zijn bedrijf doorberekent aan gebruikers van het netwerk daadwerkelijk naar beneden gegaan. Goed nieuws zou je zeggen.
Niets is minder waar, zo blijkt uit de woorden van Rob Matthijssen, de nieuwe voorzitter van de BTG. Lagere interconnectietarieven leiden er volgens hem toe dat aanbieders bij KPN blijven hangen, omdat het niet aantrekkelijk is een alternatieve infrastructuur te gebruiken. En zo blijft de dominantie van de KPN een feit. De liberalisatie van de telecommunicatie was er volgens hem nu juist op gericht het marktaandeel van de oude monopolist aan te pakken.
Hij gaat mijns inziens aan voorbij dat het opbreken van het KPN-bastion een lange adem vergt. De tarieven kunstmatig hoog laten (de consequentie van zijn stelling) om aldus een alternatieve telecominfrastructuur tot leven te laten komen, lijkt mij een gekunstelde oplossing. Immers het is dan aan de KPN om op een haar welgevallig moment de tarieven te laten vallen en in een later stadium alternatieve aanbieders de nek om te draaien. Dat is zeker niet in het belang van de telecomgrootgebruikers.