Een aantal IT-bedrijven is verwikkeld in een felle strijd om het bepalen van de standaard voor 100 GB tapes die ‘streaming’ back-ups kunnen uitvoeren. IBM heeft samen met Hewlett-Packard en Seagate de LTO-technologie (Linear Tape Open) ontwikkeld.
Sony heeft echter zijn eigen AIT-3 (Advanced Intelligent Tape). Ondertussen is concurrent Quantum bijna gereed met zijn SuperDLT-opslagformaat. Het bedrijf kocht DLT (Digital Tape Library) in 1994 van computerfabrikant Digital (DEC) en dankt tegenwoordig 30 procent van zijn omzet aan deze tapetechnologie. De aanstaande opvolger moet 100 GB per tape kunnen opslaan.
IBM zegt in zijn ontwikkellaboratorium in Tuscon (Arizona) met LTO een capaciteit van 100 GB te hebben gerealiseerd. Dat is dan ook al een jaar lang het doel voor de aanstaande LTO Ultrium-opslagsystemen. Er zullen echter twee LTO-varianten verkrijgbaar zijn: Ultrium, voor grote opslag, en Accelis, voor snelle data-toegang.
LTO-ontwikkelaars IBM, HP en Seagate willen hun technologie in licentie verkopen aan zoveel mogelijke andere bedrijven. Zij zeggen dat al achttien kandidaten hebben getekend, waaronder systeemfabrikanten, opslagleveranciers en tape-producenten. Hieronder bevinden zich de drie ontwikkelaars zelf en computerproducent Fujitsu.
De voornaamste concurrent voor LTO is vooralsnog SuperDLT. IBM is echter kort over die tegenstand: voor de eerste aankondiging van LTO had Quantum geen toekomstplannen uitgestippeld voor de komende tien jaar. De beloofde mogelijkheden van SuperDLT houden een capaciteitssprong in van 200 procent en een snelheidstoename van 100 procent ten opzichte van de huidige DLT-technologie.