Onderwijsminister Loek Hermans stelt de scholen per leerling minder geld voor ICT beschikbaar dan was verwacht. Dit blijkt uit vertrouwelijk overleg tussen de landelijke besturenbonden en het ministerie. Hermans handhaaft ondanks kritiek van de Tweede Kamer zijn plannen voor de aanleg van het landelijk onderwijsnetwerk Kennisnet.
Op verzoek van het parlement zal het ministerie wel een kosten-batenanalyse maken en de prijzen van de aansluiting vergelijken met die van andere aanbieders. Gelet op de kritiek over het bedrag voor elke aansluiting, 45 gulden per leerling per jaar, gaan de beleidsmakers na of prijsdifferentiatie mogelijk is. Hierdoor zijn bijvoorbeeld kleine basisscholen, die met minder bandbreedte toekunnen, een lager bedrag per leerling kwijt.
Vertraging
De plannen van de minister waren al aangekondigd voor december 1998, maar liepen flinke vertraging op. De uitwerking van de plannen moet eind april in het kabinet zijn besproken. In mei zal de minister dan wederom in overleg treden met de vaste kamercommissie voor onderwijs. Hierbij komt ook het technische eindrapport van CMG aan de orde over de Enertelpilot, waarbij ruim driehonderd scholen op Kennisnet zijn aangesloten. Mocht uit deze evaluatie blijken dat de pilot technisch een succes is en de overheid besluit het gehele project toch niet uit te voeren, dan ontvangt Enertel een schadeloosstelling van 17 miljoen gulden. De uiteindelijke beslissing over Kennisnet valt in augustus.
Minder geld
De oorspronkelijke plannen van voormalig onderwijsminister Ritzen kunnen door het ontbreken van financiële dekking niet worden uitgevoerd. Tot 2002 is er 150 miljoen gulden structureel en ongeveer 700 miljoen gulden extra beschikbaar, terwijl totaal 1,3 miljard gulden nodig was.
Inmiddels is duidelijk dat bij de verdeling van de gelden de minister geen onderscheid maakt tussen leerlingen in het basisonderwijs, het voortgezet- en het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Volgens de huidige plannen ontvangen de scholen jaarlijks vanaf 1999 tot 2003 respectievelijk 40, 60, 65 en 100 gulden per leerling. In totaal dus 265 gulden. Vanaf 2003 krijgen vervolgens alle scholen jaarlijks structureel 100 gulden per leerling voor ICT.
Omdat de voorhoedescholen al bedragen hebben ontvangen op basis van de ratio één computer per tien leerlingen, waren deze beter af dan de resterende scholen. Om de scholen gelijk te trekken, ontvangen deze scholen tot 2003 jaarlijks 30 gulden per leerling. De voorhoede scholen ontvingen reeds 200 gulden per leerling.
Furieus
Aangezien het aantal voorhoede basisscholen betrekkelijk gering is, nog geen 2 procent van alle basisscholen, worden hier nog de minste problemen verwacht. Anders ligt het in voortgezet onderwijs waar ongeveer één op de vier scholen tot de voorhoede behoort. In het voortgezet onderwijs is men dan ook furieus. De landelijke docentengroep Spreekbuis van verontruste ICT-coördinatoren reageert bij monde van Harry Spek ontzet en overweegt acties.
Bert Zweers rector van het Groningse Dollard College en bestuurslid van de vereniging voor schoolleiders gaf in een persoonlijke reactie aan dat deze plannen het definitieve failliet betekenen van het nog geen twee jaar geleden met veel bombarie aangekondigde programma Investeren in Voorsprong. Zweers heeft berekend dat een voorhoedeschool minimaal tussen de 175 en 200 gulden nodig heeft om de aanwezige systemen te kunnen onderhouden.
Belofte breken
Het is maar de vraag of de voorhoedescholen zich bij de beslissing van de minister zullen neerleggen. Volgens Zweers hebben de scholen naast het door de overheid beschikbare bedrag voor gemiddeld 70 procent zelf geïnvesteerd. Daarbij gingen de instellingen ervan uit in de toekomst voor onderhoud, beheer en vervanging een toereikend bedrag te ontvangen. Veel scholen vragen of de overheid zijn belofte wel op deze wijze kan breken en of ze zelf geïnvesteerde bedragen niet op de een of andere wijze op het ministerie kunnen verhalen.
Nog afgezien van de bedragen die nodig zijn afschrijving acht Zweers het niet mogelijk de infrastructuur op zijn school voor 30 gulden per leerling in de lucht te houden. "Als dit allemaal doorgaat, ben ik buitengewoon somber over de toekomst van ICT in het onderwijs. Wat heb ik aan een kostbaar Kennisnet als ik mijn eigen intranet niet eens in de lucht kan houden?" Zweers beseft dat er niet meer geld is, maar meent dat een andere verdeling soelaas kan bieden. Hij denkt aan een gedifferentieerd bedrag per leerling waarbij het accent vooral ligt op leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool en de basisvorming in het voortgezet onderwijs. Ook heeft hij steeds meer twijfels over de zin van het kostbare Kennisnet, kosten: 45 gulden per leerling, dat wordt verrekend met het uitgekeerde bedrag waarover scholen beschikken. Zweers: "Het trieste van alles is dat onze kinderen tekort wordt gedaan. We sturen ze nauwelijks voorbereid de informatiemaatschappij in. We zijn met allerlei vernieuwingen bezig in het onderwijs maar mijn overtuiging is dat als de invoering van ICT niet lukt we alle innovaties wel op onze buik kunnen schrijven."