Het telecomconsortium Global One is geen lang leven meer beschoren. Dit zegt organisatie-adviseur Rob Schuyt van Booz Allen & Hamilton. Hij reageert hiermee op de geruchten dat de alliantie van France Telecom, Deutsche Telekom en Sprint uit elkaar valt. Volgens Global One zelf is er geen vuiltje aan de lucht.
Vorige week verschenen berichten in de Amerikaanse pers over de dreigende teloorgang van het telecomconsortium. William Esrey, voorzitter van het Amerikaanse Sprint, zou hebben gesuggereerd de samenwerking op te heffen vanwege de tegenvallende prestaties. De drie telecombedrijven reageerden op deze berichten met een verklaring, waarin ze hun vertrouwen in de toekomst van Global One weergeven. De alliantie moet vanaf 2001 winst maken. Deze verklaring heeft de gerezen twijfels echter niet kunnen wegnemen.
Dinosaurus
Schuyt noemt Global One de laatst overgebleven dinosaurus op de telecommarkt. Tegenhangers als Unisource (KPN, Telia en Swisscom) en Concert (British Telecom en MCI) zijn al uiteen gevallen. "Dit consortium heeft dan ook te kampen met de problemen van een dinosaurus", analyseert Schuyt. In de competitieve markt van het grensoverschrijdend telecomverkeer voor multinationals is volgens hem geen droog brood te verdienen voor bedrijven met een traditioneel netwerk, zoals Global One. Andere partijen leggen inmiddels een infrastructuur neer die voor een deel op IP is gebaseerd.
John van der Meulen, voorzitter van de Stichting Telecomgebruikers Nederland (STN), vindt dat Global One in vergelijking met concurrenten geen vernieuwende aanbieder is. "Dit bedrijf biedt, net als bijvoorbeeld Telfort, meer van hetzelfde. Maar dan met een andere pet op." Volgens Van der Meulen kan dit gebrek aan vernieuwingen een bedreiging vormen voor Global One.
Woordvoerster Sonja van Vooren van Global One is het met deze kritiek niet eens. "Als stabiele alliantie werken we wat meer met verouderde netwerken, maar we hebben ook veel nieuwe, moderne netwerken aangelegd."
Structuur
De samenwerkingsstructuur van Global One, waarbij de deelnemende bedrijven slechts minderheidsbelangen in elkaar nemen, is volgens Schuyt niet sterk genoeg om belangrijke beslissingen te nemen. "Dit model staat onder druk. De betrokkenheid van de aandeelhouders is onvoldoende. Nieuwe samenwerkingen, zoals tussen MCI en Worldcom of British Telecom en AT&T vinden dan ook plaats via fusies of overnames."
Schuyt zet op basis van de recente berichten vraagtekens bij de levensvatbaarheid van Global One. "France Telecom en Deutsche Telekom hebben de handen vol op hun lokale markten en beschikken niet over een duidelijke internationale strategie. De wereldwijde ambities van Sprint zijn inmiddels ook afgenomen. Bovendien heeft Global One tot nu toe zeker niet aan de ambities van de aandeelhouders kunnen voldoen."
Stabiele partij
Cees Tromp van de Vereniging voor Bedrijfstelecommunicatie Grootgebruikers (BTG), denkt niet dat Global One zijn activiteiten zal staken. "Dit consortium kan diensten aanbieden die geen van de andere bedrijven kan aanbieden." Tromp doelt hiermee op private virtuele netwerken en oplossingen voor callcentra. "Global One heeft tot op heden gedemonstreerd dat het een stabiele partij is." Hij vindt wel dat het samenwerkingsverband met op IP-gebaseerde netwerken moet komen. Ook Van der Meulen blijft gematigd positief over de toekomst van Global One. "Ik kan me wel voorstellen dat de aandeelhouders een grotere groei hadden verwacht. Als Global One de zaken innovatiever aanpakt, komt het best in orde."
Fabels
Van Vooren verwijst alle verhalen over de problemen van Global One naar het Rijk der fabelen. "Er is geen enkele reden om deze verhalen voor waar aan te nemen. Zeker niet gezien de investeringen die gedaan zijn." Het kost de onderneming veel energie om telkens weer de geruchten tegen te spreken. "De markt is in ontwikkeling en wij liggen constant onder vuur. Wij moeten steeds de klanten en medewerkers gerust stellen en dat is vervelend."