De eerste vraag die de auteurs Cusumano en Yoffie anderhalf jaar geleden aan Netscapes ‘president’ Jim Barksdale stelden, heeft profetische waarde: "Waarom zal Netscape nog bestaan tegen de tijd dat dit boek uitkomt".
Netscape Communications is een prachtig studie-onderwerp. Want welk bedrijf groeide zo hard in zo korte tijd? Welk bedrijf maakte zoveel strategisch goede zetten, wist zich te ontwikkelen tot een serieuze dreiging voor Microsoft, maar onderschatte tegelijkertijd de waarde van zijn eigen website? Een fout die Netscape ruim een miljard dollar aan beurswaarde kostte.
De twee auteurs van het boek ‘Competing on Internettime’ hebben er geen chronologisch verhaal van gemaakt. Ook ontbreken anekdotes. Het is een thematische verhandeling, waarbij de auteurs trachten lessen te destilleren. Het boek laat zich vlot lezen en geeft een mooi overzicht van de opkomst van Netscape en van de gemaakte fouten.
Netscape geloofde bijvoorbeeld te veel in de Java-hype en verspilde kostbare tijd aan het bouwen van een Java-versie van Navigator. Ook richtte men zich teveel op omzet draaien. "Netscape wilde overal geld voor hebben", klaagden partners. Maar de belangrijkste blunder is het wakkerschudden van reus Microsoft. De gevleugelde uitspraak van Marc Andreessen (mede-oprichter van Netscape) dat besturingssystemen onbelangrijk zijn en dat ze in de toekomst weer hun oude vertrouwde functie zullen aannemen van een "verzameling niet geheel bug-vrije device drivers" trok uiteraard de aandacht van Bill Gates. En daarmee werd een krachtige aanval van Microsoft uitgelokt op 7 december 1995. Niet geheel zonder ironie staat die dag in de Verenigde Staten bekend als ‘Pearl Harbour day’.
Mosaic Communications
Als we iets kunnen leren van het boek is dat het snel gaat op het Internet. En dan hebben we het niet alleen over de ontwikkelcyclus van software die is teruggebracht van drie jaar naar achttien maanden. Het boek lag koud twee weken in de winkel of Netscape werd overgenomen door America On Line. Daarover lezen we geen letter in het boek. Voor het boek interviewden de twee auteurs, hoogleraren in hun ‘sabbatical year’, 54 direct betrokkenen, sommigen zelfs tweemaal. Een prestatie, gezien de volle agenda’s van de geïnterviewden als Marc Andreessen, Steve Ballmer (‘president’ van Microsoft) en Michael Dell (ceo Dell Computer).
Op 5 mei 1994 opende Mosaic Communications (later werd onder dreiging van een proces van Andreessens oude werkgever NCSA de naam veranderd in Netscape Communications) zijn deuren in Mountain View, Californië. De twee oprichters vormden een bijzonder koppel. Jim Clark, toen 49 jaar, was de Silicon Valley-legende die werkstationleverancier Silicon Graphics (SGI) oprichtte. Hij was op zoek naar een nieuwe uitdaging nadat hij in februari 1994, na onvrede met de koers van SGI, zijn functie daar als ‘president’ had neergelegd. Marc Andreessen (toen 22) was de leider van een klein software-ontwikkelteam dat Mosaic ontwikkelde, de eerste browser die tekst en plaatjes integreerde.
Winnende ‘killer’
Zowel Clark als Andreessen hadden één sterke overtuiging: de toekomst is aan de Internet-standaarden (TCP/IP). Interessant is dat in eerste instantie Andreessen en Clark concepten bedachten voor interactieve televisie en online spelletjes. Interactieve tv bleek luchtfietserij en online spelletjes waren ook een brug te ver.
Uiteindelijk kwam Andreessen met het winnende idee om een Mosaic-killer te bouwer, afgekort ‘Mozilla’. Andreessen bracht zijn kennis in (plus een aantal mensen van het originele Mosaic-ontwikkelteam) en Clark investeerde zijn spaarcenten (vier miljoen dollar) en nam daarnaast onschatbare contacten en tonnen ervaring mee.
Netscape overleefde de vroege opstartfase ondermeer omdat het de juiste, ervaren mensen aannam. De gemiddelde leeftijd van de Netscape-medewerkers is verrassend hoog: 37 jaar. Ter vergelijking: de gemiddelde leeftijd bij Microsoft is 34 jaar en bij Intel 33 jaar. Er is nog een belangrijke reden waarom de raket-achtige groei van Netscape niet vastliep in organisatorische chaos. Netscapes president Jim Barksdale had het lef om direct peperdure financiële systemen te implementeren, geschikt voor een bedrijf met een omzet van 1 miljard dollar.
Twintig concurrenten
Iedereen lijkt het vergeten, maar in 1995 waren er nog meer dan twintig concurrenten op de browser-markt. De belangrijkste waren Spry en Netmanager, maar ook een software-grootmacht als Oracle probeerde de markt te veroveren. Ze waren allen gedoemd te mislukken en dat kwam door de aanpak van Netscape. Bijvoorbeeld Spry had een goed product, maar vroeg geld voor zijn browser, terwijl Netscape zijn Navigator gratis (maar ook weer niet echt gratis) beschikbaar stelde via Internet. Bovendien kwam uit talloze testen Navigator als het beste product naar voren.
De eerste bèta-versie van Netscape Navigator werd in oktober 1994 op Internet gepubliceerd. Twee maanden later was Navigator in zijn definitieve versie klaar. Navigator 1.0 was een snelle, voor 14k4-modems geoptimaliseerde browser.
Financieel ging het in de eerst negen maanden niet goed. We kunnen het in het boek niet terugvinden, maar uit de verslagen van het anti-kartelproces tegen Microsoft blijkt dat Jim Clark in een pessimistische bui in december 1994 een e-mailbericht stuurde naar Microsoft waarin hij het bedrijf te koop aanbood. Clark kwam er overheen en Netscape beleefde in 1995 een ongelooflijke beursintroductie. Een publiciteitsstunt waarmee het bedrijf in één klap op de kaart stond. Dat was deels gepland. Netscape werknemer nummer 19 was niet voor niets een ervaren pr-medewerkster.
De vraag is hoe het verder moet met Netscape onder de hoede van AOL. Maar ondanks alles zal de naam Netscape onverbrekelijk verbonden blijven aan de opkomst van Internet.
Competing on Internettime; lessons from Netscape and its battle with Microsoft
Micheal A. Cusumano; David B. Yoffie
The Free Press, New York
ISBN 0-684-85319-1
Adviesprijs: 26 dollar