IBM heeft weer iets nieuws bedacht. Eerlijk gezegd wist ik ook niet wat het Engelse woord ‘pervasive’ (diepgaand, alomtegenwoordig) betekende. Nu weet ik dat het betekent dat je geen middelen aanwendt omdat ze nodig zijn, maar omdat het gemakkelijk is. Het voorbeeld waarmee de betekenis van dit begrip wordt verklaard, is het bestaan van een broodrooster en een magnetron in één en dezelfde keuken, naast een gewoon fornuis. Het fornuis kan alles wat de andere apparaten ook kunnen, maar toch hebben we ze alledrie – puur voor het gemak.
In de IT en met name in de thuismarkt zal dit concept een belangrijke rol gaan spelen. Veel huishoudens hebben al twee of drie TV’s en verschillende telefoons. Sinds we e-mailen en Internet gebruiken, hebben veel huishoudens twee telefoonlijnen of Isdn. Het huishouden is een natuurlijke omgeving voor de ontwikkeling van meerdere, semi-redundante apparaten. Veel daarvan zijn modeartikelen, die je op een gegeven moment weggooit omdat de kleur je niet meer aanstaat. Het effect van deze ontwikkeling is dat er steeds meer verschillende apparaten op onze communicatienetwerken aangesloten zullen worden.
De tijd die de markt nodig heeft om zich te ontwikkelen, is natuurlijk afhankelijk van het tempo waarin die communicatienetwerken worden verbeterd. Tegelijkertijd legt deze ontwikkeling een conflict tussen PC-industrie en telefoonindustrie bloot. Beide industrieën azen op de nieuwe markten. Geen van beide is technologisch gezien in een voordeelpositie. Het concept ‘individueel’ is ingehaald door de nieuwe generatie netwerken; de telefoonindustrie is er nog niet in geslaagd om intelligente communicatie-apparaten te bouwen.
Naast de ontwikkelingen op communicatiegebied zijn er meer technologieën volwassen aan het worden, al staat er nog niets vast. De dunne-clientarchitectuur is de belangrijkste, omdat deze aan de ene kant kan leiden tot de ontwikkeling van een nieuwe generatie clients, en aan de andere kant een dienstenindustrie genereert die de nieuwe apparaten commercieel zal benutten. Dit betekent dat een aantal bekende namen zal verdwijnen, terwijl er een paar nieuwe zal bijkomen. Nieuwe initiatieven, zoals Windows CE en palmtop-besturingssystemen, zijn essentieel. Als een PC goedkoper wordt dan, zeg, 300 dollar, dan zal niemand 300 dollar voor de software neertellen. De prijs van software voor eindgebruikers zal over vijf jaar met 90 procent gedaald zijn, waardoor het aantal gebruikers bepalend wordt voor de winstmarge.
Microsoft, Sun en IBM zingen hetzelfde liedje. Ze hopen allemaal een graantje mee te pikken van ‘pervasive computing’, zij het op verschillende manieren. Alledrie zijn ze zich sterk bewust van de groeiende bedreiging van de telefoonindustrie en nieuwkomers op de markt, zoals 3Com en Symbian.
De toekomst van Microsoft lijkt gekoppeld te zijn aan Windows CE, maar IBM heeft betere kaarten. Ze moeten wel profiteren van de groei van applicaties voor servers en netwerkservers. IBM’s concurrent is niet Microsoft, maar andere leveranciers van back-end diensten, inclusief de telefoon- en televisieindustrie. In feite zouden IBM en Microsoft elkaar kunnen helpen, maar IBM ondersteunt de superieure Java-technologie in plaats van Windows CE. Dit is een slimme zet van IBM, omdat het voor een dienstverlener niet belangrijk is welke technologie er wordt gebruikt – Windows CE, Java, of iets anders. Het gaat erom dat je op alle paarden tegelijk wedt!
Wat is er nu zo nieuw aan IBM’s ‘pervasive computing’? Op het eerste gezicht is het verrassend dat ze geen specifieke producten op de markt brengen. Ze kunnen natuurlijk fungeren als voorkant voor IBM’s e-handel- en server-divisies, en dat zal ook zonder twijfel gebeuren. Maar het spel van IBM is veel gevaarlijker en slimmer.
De rol van de divisie ‘pervasive computing’ is simpel: praat met zoveel mogelijk ontwerpers van nieuwe client-apparaten. Het maakt niet uit of het om Windows CE, Java of iets anders gaat: IBM brengt ontwikkelaars bij elkaar om specificaties voor hun producten op papier te krijgen. Is dat weldoenerij? Welnee! Door de grote diversiteit aan apparaten en de grote keuze aan software-opties zullen veel producten niet met ‘off-the-shelf’ componenten gebouwd kunnen worden. Door het grote volume kunnen ze worden gebouwd met speciaal ontworpen componenten, waarbij de nadruk ligt op een laag energieverbruik. IBM helpt bij het opstellen van specificaties voor het ideale product, zonder dat ze gebonden zijn aan Intel. En wie levert de componenten in grote hoeveelheden? IBM natuurlijk!
Ze hebben meer patenten dan wie dan ook in de industrie. Ze hebben de ontwerpkennis, de technologie, de capaciteit en de omvang die nodig is om te slagen. IBM’s ‘pervasive computing’ is niet gericht tegen Microsoft, maar tegen Intel!