CMM beschrijft gedrag op een bepaald niveau, niet hoe dit gedrag eigen gemaakt moet worden en al helemaal geen ‘stappenplan’. Bart ter Horst in reactie op een recent artikel over dit onderwerp.
In december 1995 behaalde Ericsson Telecommunicatie het CMM-niveau 3. Er bestaan enkele verschillen tussen de ervaring van ons bedrijf met CMM en de zienswijze van Bart van der Wal, zoals beschreven in zijn artikel (Computable, 15 januari) ‘Automatiseringsprocessen op röntgenfoto’
‘CMM…geeft aan hoe via gerichte stappen automatiseringsprocessen te verbeteren zijn.’
CMM beschrijft gedrag op een bepaald niveau, niet hoe dit gedrag eigen gemaakt moet worden en al helemaal geen ‘stappenplan’. Het is een model dat interpretatie behoeft. Hiermee staat of valt de bruikbaarheid van het model. Zeker de hogere niveaus (niveau 3 en hoger) behoeven een grote eigen inbreng en manier van aanpak. Bovendien komt er bij organisatieverandering (en daar hebben we het over) veel meer kijken dan welk model dan ook kan vatten in hoeveel niveaus dan ook: met de CMM-tekst alleen ben je er nog lang niet. Dit werd nogmaals bevestigd door Bill Curtis, een van de grondleggers van het CMM, en ‘lead-assessor’ tijdens de assessment van week 51 j.l. Hij gaf te kennen dat ‘zijn’ model en de toepassing ervan over de jaren heen zich steeds aan de praktijk heeft aangepast, bijna net zo vaak als de praktijk zich aan het model heeft aangepast. Juist vanwege deze voortdurende evolutie van het CMM, heeft Ericsson gekozen voor assessments onder leiding en volgens de methoden van de grondleggers van het model.
Het woord ‘automatiseringsprocessen’ is hier bovendien erg ongelukkig gekozen. Het Software CMM, waar de heer van der Wal op doelt, is ontwikkeld door en voor software-ontwikkelingsbedrijven. Software-ontwikkelingsprocessen zijn wezenlijk anders dan automatiseringsprocessen.
Een ander citaat: ‘..een CMM onderzoek duurt twee à drie weken’
In 1998 is onze organisatie onderzocht gedurende week 51. Dit onderzoek ging overigens volgens de internationaal (en door de ontwikkelaars van CMM) erkende ‘CBA-IPI’-‘assessment’-methode.
Tot slot: ‘Resultaten van iedere verbeteractie zijn binnen zes tot acht weken zichtbaar.’
Dit komt in het geheel niet overeen met onze ervaringen. Veel verbeteringen zullen een veel langere termijn nodig hebben. Bovendien kan worden opgemerkt dat verbeteracties continu moeten worden uitgevoerd als onderdeel van het totale process, dus niet slechts op basis van assessments.
Bart ter Horst,
quality engineer R&D,
Ericsson Telecommunicatie