De auto in Nederland, dat is me wat. De gemiddelde autobezitter kijkt er naar alsof hij zojuist de vrouw van zijn leven heeft ontmoet. Ze is mooier (en duurder) dan wie ook; onvoorstelbaar rank, vorstelijk ook en altijd waard om gekoesterd te worden. De auto; er stranden huwelijken op, en in de politiek vormt hij altijd een goede basis voor explosieve gespreksstof. Intussen lopen de Nederlandse wegen vol. Wannéér je met je voertuig vertrekt kun je redelijk exact aangeven. Het tijdstip van aankomst bepalen is vrijwel ondoenlijk … als je al aankomt.
Die voortdurend aanwassende verkeerscongestie is iedereen een gruwel. In de file zie je wel dat iedereen er het beste van probeert te maken. Er wordt druk getelefoneerd; de radio staat loeihard aan en sommige weggebruikers doen hun uiterste best om te laten zien dat ze ook nog de krant lezen of aan het werk zijn. We raken er aan gewend om steeds maar weer stil te staan; terwijl we tegelijkertijd natuurlijk aardig de pest in hebben om zoveel kostbare tijd die verloren gaat.
En wat doet de overheid: die bedenkt proeven met carpoolen, maakt campagnes voor handig invoegen. Daar is nog niet zo lang geleden de deus ex machina ‘rekening-rijden’ bijgekomen: mensen laten betalen voor tijden dat ze gebruik maken van die delen van de wegenstructuur die het meest de neiging hebben om dicht te lopen. En de belofte: het komt allemaal goed met die files.
U en ik weten als vanzelfsprekend dat dit niet zo zal zijn. En laat ik ook meteen maar en andere stelling betrekken. Met Internet – is dat iets anders dan een wegenstructuur? – gaat het dezelfde kant op. Daar helpt geen moedertje lief aan, als we tenminste geen structuren bouwen die het Internetverkeer makkelijk toegang bieden tot de ‘backbone’; en als we niet veroorzaken dat de hoofdstructuur een voorspelbare doorstroom van verkeer mogelijk maakt.
Onder IT’ers en automatiseerders in Amerika leeft de opvatting dat telecommunicatie zijn langste tijd heeft gehad. Telefonie zal een gadget worden die gratis wordt geleverd bij een Internet-abonnement. En de Amerikanen hebben haast. Zoals gebruikelijk in de automatiseringswereld wordt de Grote Belofte van spraak via het Internet al gedaan, voordat ze kwalitatief kan worden ingevuld. Toegegeven, als het om marketing-trucs gaat zijn onze vrienden in de Verenigde Staten onverslaanbaar. Maar wij weten met elkaar, dat het nog jaren duurt voordat spraak via het Internet dezelfde kwaliteit en hetzelfde gemak zal hebben die wij kennen van onze traditionele telefonie.
En als spraak, data en video tegelijkertijd in grote volumes over het Internet moeten, zullen de problemen onvoorstelbaar groot worden. We moeten ons realiseren dat werken via het voormalige Ethernet comfortabel ging vanwege het betrekkelijk geringe aantal gebruikers en doordat de computers die we gebruikten, vergeleken met nu, onvoorstelbaar traag waren. Kijken we naar de situatie vandaag dan groeit het aantal Internet-gebruikers vrijwel exponentieel, terwijl de computer snelheden haalt waarbij de rapste Formule I-bolide een bolderkar lijkt.
Dat de drukte op het Internet uit de hand loopt, realiseert men zich steeds meer. Er worden allerlei vormen van ‘rekening-rijden’ bedacht die de aantrekkelijkheid van Internet moeten vergroten. Zo is er het ‘reservation protocol’ (RSVP) dat, na betaling, de bandbreedte tussen twee ‘routers’ reserveert op het Internet. Laat ik u verklappen dat dit een lapmiddel is. Natuurlijk, deze vorm van ‘rekening-rijden’ zal geïntroduceerd worden. En natuurlijk helpt het een beetje om de aanstaande en voortdurende filevorming te beheersen. Maar net als die automobilisten zullen we, met de groei van het Internet, voortdurend op steeds wisselende plaatsen vast komen te zitten. Daar helpt geen ‘rekening-rijden’ aan. Inmiddels wordt gesproken over totale trajectcontrole middels Differentiated Services (DiffServ) om de toegang tot het net te verbeteren, terwijl het vervoer van data, spraak en video over de backbone via Multipacket Layered Switches (MPLS) soepel moet verlopen.
Uiteindelijk wil je het hele traject van A (thuis) naar B (werk) kunnen voorspellen en niet ‘betaald filerijden’. En vanzelfsprekend zal ‘spraak over IP’ zich ontwikkelen, hoewel niet door een simpel rekenrijd-portaal of een RSVP. De belofte wordt waargemaakt, maar wel een stuk complexer – en het duurt langer dan sommigen ons willen doen geloven.
(egbert-jan.sol@etm.ericsson.com)