De voorzitter van de Free Software Foundation, Richard Stallman, heeft het niet eenvoudig. ‘Mijn taak op deze wereld is het bevorderen van vrijheid en hulpvaardigheid tussen de mensen onderling’. Daarbij concentreert hij zich vooralsnog op vrije software die uiteindelijk ook zonder besturingssysteem moet kunnen werken. Interview met een ‘wildebeest’ (gnoe).
Op 14 november gaf Richard Stallman, stichter en voorzitter van de Free Software Foundation, een interview. Het MIT-genie was uitgenodigd door CMG om in de RAI een voordracht te komen geven over zijn GNU-systeem en zijn vrije software-filosofie. Die Advanced Technology-dag van CMG zal voortaan wellicht geboekstaafd staan als de dag van de cultuurshock, gezien de wel bijzondere opvattingen van de gastspreker.
Na de lezing gaf Stallman zijn interview in een apart zaaltje waar hij in T-shirt en trainingsbroek onderuit gezakt vier borden gerookte zalm naar binnen werkte. Het hele interview door zou de meester van de vrije-software zalm eten en aan zijn haar zitten frunniken. Het gesprek zelf leek soms op een steekspel tussen utopia en realisme, tenminste op dié momenten dat de softwaregodheid aangaf hem te mogen onderbreken.
Stallman stak meteen van wal met een uiteenzetting over zijn drijfveren.
"Vijftien jaar geleden begon ik aan een project waarmee ik de sociale realiteit wilde helpen veranderen. Ik had deel uitgemaakt van een gemeenschap waar iedereen vrij was om software naar goeddunken aan te passen, te wijzigen en te verbeteren. Dat was tijdens mijn tijd aan het MIT waar ik ondermeer deelnam aan het Lisp-programma. In de jaren tachtig gebeurde er iets waardoor die gemeenschap bruusk werd uiteengerukt. Ik kwam terecht in een wereld waar software aan de programmeur toebehoorde. Je mocht niets wijzigen of kopiëren. Deed je dat wel, dan was je een boef, even slecht als een verkrachter of een moordenaar.
Ik wilde niet leven in zo’n maatschappij, en besloot er wat aan te doen. Ik startte dus de Free Software Foundation en begon met het ontwikkelen van een besturingssysteem dat compatibel moest zijn met Unix, maar waarvan iedereen de broncode zou kunnen krijgen en verdelen. Mensen zouden er hetzelfde mee kunnen doen als met Unix, maar dan in volle vrijheid.
Weet je overigens wat een besturingssysteem is? Want veel mensen denken dat ze het weten, maar verwarren het met een kernel."
Ik kan u verzekeren dat ik het weet, maar…
"Ik ben nog niet klaar met mijn inleiding. Ik noemde het GNU, en momenteel werkt het, hoewel de kernel nog niet helemaal af is. Linus Thorvald schreef echter een kernel die het GNU-systeem volledig maakt. Ik ben het niet eens met zijn architectuur, maar de zijne is wel makkelijker te debuggen. Hoe het ook zij, ik wil dat mensen spreken over GNU/Linux en niet over Linux. Thorvald heeft zijn kernel immers aangevuld met het door mij en anderen ontwikkelde GNU-systeem en verdeelt GNU/Linux nu onder mijn licentievoorwaarden."
Monopolie
Waarom vindt u de naamgeving zo belangrijk?
Als je Linux zegt, dan lijkt het alsof Thorvald alles zelf heeft gedaan, en dat is niet zo. Voor mij is het belangrijk dat de juiste mensen krijgen wat hen toekomt. Ikzelf heb niet weinig ontwikkeld aan het GNU-systeem, en dus mag ik daar ook krediet voor krijgen. Daarom zou ik graag hebben dat je het zo vermeldt in je stuk. Ik kan je natuurlijk niet dwingen, maar als je wilt doen wat juist is, dan doe je het zo."
U stelt dat vrije software door iedere gebruiker vrij mag worden aangepast. Maar vreest u niet dat de ondersteuning van het systeem dan wel erg moeilijk wordt?
"Nee, als je dat denkt, ga je uit van verkeerde veronderstellingen. De ondersteuning van vrije software is integendeel veel beter dan die van bedrijfsspecifieke software. Kijk, in het geval van bedrijfsspecifieke software bestaat er een monopolist die lak heeft aan de kwaliteit van zijn software. Je moet toch bij hém zijn, dus zegt hij dat je maar moet wachten op een volgende versie waarin de fout misschien is opgelost."
U spreekt van een monopolie, maar als we kijken naar Microsoft, dan zien we toch veel IT-bedrijven Microsoft-software ondersteunen. Dat is toch geen monopolie?
"Hebben ze een licentie op de broncode van Windows?"
Niet dat ik weet, maar ze hebben wel een samenwerkingsverband met elkaar, en dus kunt u toch niet meer praten van een monopolie.
(Ongeduldig) "Jawel, jawel. Of nu één of twee of meer bedrijven dezelfde software ondersteunen, dat maakt niet uit. Ze kunnen niets van het programma afhalen en er niets aan toevoegen. Bij vrije software daarentegen zijn er veel mensen die de broncode kennen en dus ondersteuning kunnen geven. Als je niet wilt betalen voor ondersteuning, kun je die zelfs krijgen via Internet. En wil je er wel voor betalen, dan zijn er genoeg bedrijven die je hoogkwalitatieve ondersteuning zullen leveren."
(Inmiddels is een kelner binnengekomen met het tweede bord zalm)
"Heerlijk, heerlijk, die zalm, laat maar komen. Daar kan ik wel een hele lading van op. Zorgt u maar voor een continue aanvoer."
Ondersteuning
Als er verschillende partijen ondersteuning bieden voor eenzelfde programma, kun je toch niet meer spreken van een monopolie? Dan is de kwaliteit toch verzekerd door concurrentie?
(Op een bestraffend toontje) "Nee, je maakt verkeerde veronderstellingen. Dat betekent het niet. Het aanbod door verscheidene ondernemingen breekt het monopolie niet open. Bij vrije software is er geen monopolie mogelijk, want de broncode is vrij beschikbaar voor iedereen. Het toevoegen van functies kan dus erg gemakkelijk, het corrigeren van fouten ook. Een leverancier van bedrijfsspecifieke software zegt gewoon: wacht maar op de volgende versie, en als ik zin heb, zal ik de fout eruit halen."
Ondersteuning betekent toch niet enkel het debuggen van software? HP levert bijvoorbeeld ook hoge beschikbaarheidsservices?
(Lichtelijk geïrriteerd) "Wat hou jij je toch bezig met details! Ik wil helemaal niet over zulke triviale dingen als onderhoud en ondersteuning spreken. Je moet eerst de hoofdlijnen kennen van mijn systeem en van mijn achterliggende argumenten. Kunnen we het daar misschien eerst over hebben?" (…)
"Ik ga uit van voornamelijk ethische normen. Mijn taak op deze wereld is het bevorderen van vrijheid en hulpvaardigheid tussen de mensen onderling. Als mijn buurman zegt dat hij me niet mag helpen omdat hij een ‘non-disclosure’ contract heeft getekend, dan is dat verraad tegenover mij en de gemeenschap. Dat is toch een monstruositeit, dat mijn buurman me niet mag helpen. Hetzelfde geldt voor kopiëren. Het is toch verschrikkelijk dat mijn buurman zegt: sorry, ik durf niet, want ik ben bang voor de informatiepolitie. Kijk, in zo’n maatschappij wil ik niet leven."
U kunt toch niet ontkennen dat uw standpunt op z’n zachtst gezegd een beetje utopisch is. Bedrijven…
(Geërgerd) "Ach, er is veel teveel aandacht voor bedrijven en voor ‘business’. Je zou veel meer aandacht moeten besteden aan de vrijheid van het individu en aan de gemeenschap en hoe we de gemeenschapszin kunnen bevorderen. Je vragen over ondersteuning zijn daarom niet relevant. Ze hebben betrekking op een te klein gedeelte van de mensen die met computers werken."
Maar software wordt nu eenmaal het meest gebruikt door bedrijven. Bent u niet bang dat zij de verbeteringen die ze aanbrengen gewoon voor zichzelf houden om er concurrentieel voordeel uit te halen?
"Dat mag, daar heb ik geen problemen mee. Dat behoort tot de privésfeer van degene die het systeem gebruikt. Ik kan en wil zijn vrijheid niet beknotten. Al wat ik kan doen, en gedaan heb, is een licentie-overeenkomst opstellen waarin staat dat, áls je de software verder verdeelt, je dat moet doen met inbegrip van alle broncode, dus ook die van de verbeteringen die je hebt aangebracht. Zo garandeer ik zelfs de interoperabiliteit. En dat werkt. De interoperabiliteit is erg belangrijk en tot nu toe is dat aspect nog nooit in gevaar gekomen."
Samenwerking bevorderen
Wat is het verschil tussen uw opvatting en die van een freeware-programmeur?
"Er is een enorm verschil (volgt een erg lange uiteenzetting over het woord ‘free’ dat in het Engels zowel ‘vrij’ als ‘gratis’ betekent). Ik vraag geld voor mijn ontwikkelingen en velen die geloven in vrije software met mij. Dat mag; we hebben niets tegen zakendoen."
Waartoe dient dan de Free Software Foundation?
"Je kunt ons vergelijken met een milieu-organisatie. Greenpeace zegt ook dat je het milieu zuiver moet houden. Als Greenpeace protesteert tegen de papierindustrie, dan doet ze dat niet omdat ze niet wilt dat er papier wordt gemaakt, maar wel omdat de papierindustrie vervuilt. Als je papier kunt maken zonder het milieu te belasten, dan mag je van Greenpeace zoveel fabriceren als je maar wilt. De FSF hangt hetzelfde gedachtengoed aan."
Wat is daarvan het voordeel?
Verbaasd over zoveel domheid stokt Stallman even. "Dat je de geest van samenwerking tussen mensen bevordert, natuurlijk. Kijk, de meeste bedrijfsleiders gaan ervan uit dat mensen egoïsten zijn. Ik erken wel dat mensen egoïstisch zijn, maar ze zijn veel meer. Maar ze moeten wel eerst voelen dat ze tot een gemeenschap behoren. Bedrijfsspecifieke software ontneemt hen dat gevoel en stelt er een ‘ieder voor zich en God tegen allen’ gevoel voor in de plaats. Zo creëer je natuurlijk nooit goede wil."
Hoe rijmt u die opvatting met de bestaande wetgevingen op auteursrechten? (die er nota bene is gekomen om de rechten van de auteur te beschermen)
"Niet dus. Die wetten moeten gewijzigd worden. Ze zijn gewoon slecht, want ze houden onethische ontwikkelingen in stand. Je mag alleen betaald worden voor een ontwikkeling als je daarmee iets hebt bijgedragen tot het goed van de gemeenschap. Nu krijgt een auteur een beloning voor het vóór zich houden van broncode, waar de gemeenschap dus niet mee gebaat is. Dat is toch hemeltergend?"
Geld voor ondersteuning
Hoe maakt een bedrijf in uw systeem dan winst?
"Dat kan op vele manieren. Je kunt geld vragen voor het schrijven van het programma. Er zijn nu al bedrijven die vrije software schrijven, er niks voor vragen, maar wel de ondersteuning van hun programma’s aanrekenen. Zo kun je ook geld verdienen."
Als u het zegt. Maar erg groot kan een bedrijf daar toch niet mee worden?
"Dat doet er alweer niet toe. Wat heb je het toch over onbelangrijke details! Ik weet niet of een bedrijf er groot mee kan worden. Ik weet wel dat groot worden niet bijdraagt tot het goed van de gemeenschap."
U leeft wel in een utopisch wereldje, hoor. Mensen als Bill Gates zijn alleen maar daarin geïnteresseerd"
"Maar Gates is een ‘jerk’.
Ja, zo kunt u natuurlijk elk argument van tafel vegen. Feit is dat mensen als Gates altijd zullen bestaan, en dat zij de dienst uitmaken.
"Gates is irrelevant. Hij is toch niet de enige die software verkoopt? Jij gaat ervan uit dat ik een mislukkeling ben omdat ik niet zoveel software zou slijten als Bill Gates. Het zou me wat. Als elke softwareschrijver mislukt zou zijn als hij niet zoveel verkocht als Gates…"
Ik heb helemaal niet gezegd dat u mislukt ben. Dat woord heb ik nooit gebruikt. Het is alleen utopisch te denken dat u mensen als Gates kunt uitsluiten en dat uw opvatting ooit zal overheersen.
"Nou, dan had ik je zeker verkeerd begrepen. Maar je moet GNU toch niet vergelijken met Gates? Je moet eens kijken waar we vandaan komen: van nul tot een paar miljoen gebruikers. Dat is al heel wat. Zo moet je dat meten, niet door ons te vergelijken met een supermonopolist als Microsoft."
Tja, het heeft u dan ook 15 jaar gekost om zover te komen. Waar haalt u overigens dat cijfer vandaan?
"Dat speelt toch allemaal geen rol. Ik heb het ergens gehoord; het is irrelevant. Maar jij blijft je maar concentreren op de onbelangrijke dingen. Het belangrijkste is dat ik veel gebruikers heb, mensen die net zo denken als ikzelf. Dat noem ik succes. Hoeveel mensen het nou precies zijn, vind ik onbelangrijk."
Prioriteiten
Maar het is wel belangrijk om uw opvattingen te verspreiden en de bedrijfsspecifieke software uit de wereld te helpen.
"Ik heb er in ieder geval iets aan gedaan. Ik nam een risico toen ik mijn werk liet staan. Het is goed gekomen, ik heb nooit van mijn spaargeld moeten leven. Iedereen zou moeten doen wat ik gedaan heb. Iedereen kan zijn steentje bijdragen. Het is allemaal een kwestie van prioriteiten."
Wacht eens even. Nu zegt u dus dat mensen maar moeten leren programmeren, want uw GNU-systeem is even ingewikkeld als Unix en daar kan ook geen hond kop noch staart aan krijgen.
"Nee, nee, dat zeg ik niet. Ik zeg alleen dat het een kwestie van prioriteiten is. Mensen kunnen kiezen."
Dat is niet waar. Mensen hebben geen keuze, tenzij tussen Gates en Jobs, of ze moeten uw systeem leren gebruiken en dat kost ze teveel tijd en energie. Er moet nog brood op de plank komen ook, hoor.
"Kijk, dat is wat ik bedoel met prioriteiten. Iedereen wil maar brood op de plank. Welk risico dacht je dat ik nam toen ik hiermee begon?"
Een erg klein, neem ik aan. U had al bewezen dat u kon programmeren en dat bedrijven interesse hadden in uw producten"
"Ja, maar als ik gefaald zou hebben, dan zou ik iets anders moeten gaan doen. Kelner worden of zo. Ik nam een erg groot risico, maar ik had me voorgenomen nooit meer bedrijfspecifieke software te schrijven. Dat was nadat ik ervoor gezorgd had dat degenen die onze gemeenschap hadden opgebroken, gestraft waren."
Pardon?
"Ja, ik vind dat je mensen moet straffen als ze iets verkeerd doen, en dus heb ik er jaren alles aan gedaan om te voorkomen dat de schuldigen succes hadden met wat ze aan het doen waren. Toen dat gelukt was, ben ik met GNU begonnen. Je ziet dus dat het een kwestie is van prioriteiten stellen. Ik vond dat ik dat moest doen."
Misbruik niet uitgesloten
U vindt dus dat mensen maar GNU moeten leren, in plaats van gewoon met computers te werken.
"Ik vind dat mensen recht hebben op een gemeenschap en op gemeenschapsgevoel. En dat moeten ze kunnen hebben in hun belangrijkste omgeving: thuis.
Denkt u niet dat de meeste mensen meer tijd doorbrengen op hun werk? En daar moeten ze dan maar met bedrijfsspecifieke software blijven werken?
Eerst aarzelend, daarna opnieuw op dreef: "Ja, maar als Gnome af is, kan iedereen met GNU werken. Ze moeten nog maar even wachten".
Even, zegt u… Hoeveel gebruikers denkt u te bereiken?
"Dat weet ik niet. Ik heb geen kristallen bol. Het is ook onbelangrijk. Belangrijk is dat mensen er een gevoel van ‘citizenship’ mee krijgen."
Denkt u niet dat bedrijven uw systeem zullen gebruiken omdat het gratis, of bijna gratis kan verkregen worden, en omdat het kan worden aangepast, terwijl ze helemaal niet geïnteresseerd zijn in uw opvattingen?
"Onethische dingen kun je met alle software doen. Ik vond niet dat ik misbruik kon uitsluiten in mijn licentievoorwaarden. Vrijheid houdt ook in dat je vrij bent om dingen te doen die slecht zijn voor de gemeenschap."
Gegeven uw opvattingen over software en licenties, wat doet u dan bij CMG, een ontwikkelaar van bedrijfsspecifieke software?
"Dit bedrijf schrijft software op maat. Dat is iets anders."
Legt u dat eens uit. Zij geven de broncode niet weg, hoor.
"Nee, dat zouden ze nog moeten doen. Ze zouden de broncode aan hun klanten moeten geven. Zie je, een markt met vrije software zou niet eens zo moeilijk te realiseren zijn. Al wat je moet doen is de broncode aan je klanten geven."
Weinig geleerd
Stallmans radicale en rammelende opvattingen komen hem natuurlijk goed uit. Hij blijkt niet alleen vaker gevraagd te worden als ‘enfant terrible’ voor lezingen, maar zijn GNU-systeem wordt nu zelfs ingezet in de strijd tegen Microsofts hegemonie.
Richard Stallman zelf blijkt spijtig genoeg weinig geleerd te hebben van degenen die als zijn natuurlijke tegenstrevers beschouwd kunnen worden. Met name Bill Gates heeft het meest anarchistische zootje -Internet – helpen worden tot de commerciële reclamepoel die het nu is. Weer een bewijs dat ethiek niet op kan tegen laag winstbejag.
Erik Vlietinck, freelance medewerker
Free Software Foundation
Richard Stallman is oprichter van de Free Software Foundation en het GNU-project. Hij begon met de Free Software-beweging in de jaren tachtig en wordt door velen beschouwd als de vader van die beweging. De FSF houdt er de volgende principes en uitgangspunten op na:
‘De Free Software Foundation wijdt zich aan het elimineren van restricties op het kopiëren, herverdelen, begrijpen en aanpassen van computerprgramma’s. We doen dit door het ontwikkelen en het gebruik van gratis software te bevorderen op alle terreinen van het computergebruik. In het bijzonder ontwikkelen we een compleet geïntegreerd softwaresysteem dat GNU heet (GNU’s Not Unix) en dat compatibel is met Unix. We distribueren nu al veel van de componenten die we moesten schrijven. Om GNU-software in bezit te krijgen, betaalt u soms wel, soms niet.
Hoe dan ook: zodra u de software hebt, bent u vrij om:
Als u GNU-software verder verspreidt, mag u een bijdrage in rekening brengen voor de fysieke handeling van het oversturen van een kopie, maar u mag de kopieën ook weggeven.
Andere organisaties distribueren allerhande gratis software. De Free Software Foundation daarentegen concentreert zich op het ontwikkelen van nieuwe gratis software, en werkt toe naar een GNU-systeem dat compleet genoeg is om ook zonder een besturingssysteem te kunnen werken.
Naast het ontwikkelen van GNU distribueert de FSF kopieën van GNU-software en handleidingen tegen vergoeding van een distributiebijdrage. FSF accepteert voor de belasting aftrekbare giften ter ondersteuning van het ontwikkelwerk van GNU. De meeste inkomsten van FSF komen uit de distributie en dienstverlening.
URL: http://www.free-soft.org/