De overheid moet een centrale rol blijven spelen bij de verdere introductie van ICT in het onderwijs. Dit zegt A. Renique, secretaris onderwijszaken VNO-NCW, tijdens een conferentie van de vereniging voor docenten informatica. Renique meent dat een verschuiving in de plannen wenselijk is.
Bij de herformulering van de ICT-plannen voor het onderwijs van dit kabinet, dient in ieder geval ook de financiering van de hardware-levering aan de scholen doorgang te vinden, aldus Renique.
Dat er voorlopig nog geen sprake is van een volledige marktwerking bij de ontwikkeling van educatieve software, betekent volgens hem dat ook hier stimulering door de overheid vooralsnog noodzakelijk is. VNO-NCW denkt daarbij aan de vorming van samenwerkingsverbanden tussen overheid en educatieve uitgevers. Voorbeeld van zo’n samenwerking is het Interactie-project voor het primair onderwijs, waarvan de eerste producten voor taal en rekenen onlangs zijn gereedgekomen.
De toezegging van minister Hermans om ook het bedrijfsleven bij de plannen te betrekken heeft inmiddels geleid tot eerste contacten. Het is de bedoeling dat volgende maand een brede delegatie van de werkgevers op het ministerie van onderwijs gaat overleggen over de wijze waarop dit vormgegeven kan worden.
Geldgebrek
Renique wijst de mogelijkheid af dat alleen de huidige groep van ruim driehonderd voorhoedescholen computers kunnen kopen en de resterende 8400 scholen door geldgebrek verstoken blijven van apparatuur.
Overigens betwijfelt Pieter Hoogenbirk van het Procesmanagement van het Ministerie van Onderwijs dat dit ook gaat gebeuren. "De scholen hebben nooit computers van de overheid gekregen. Ze kregen geld om deze zelf aan te schaffen." Hoogenbirk verwacht dat de resterende scholen ook de nodige middelen zullen krijgen, al heeft Hermans eerder aangegeven dat het gemiddelde van één computer op tien leerlingen niet gehaald zal worden.
Uit de nieuwe plannen van Hermans, die in concept half januari naar de kamer moeten, zal blijken hoeveel de scholen uiteindelijk te besteden krijgen. In ieder geval wil het ministerie met de realisatie van Kennisnet doorgaan, al is het nog onduidelijk hoeveel geld daar uiteindelijk heen gaat.
Een van de grote zorgpunten blijft volgens Bert Zweers, rector van het Dollard College en bestuurslid van de Vereniging van Schoolleiders, de voortdurende onzekerheid over de structurele gelden die worden toegekend voor het beheer van de software en lokale netwerken. Deze onduidelijkheid heeft een remmende werking op de ontwikkeling op de scholen.
Zweers is inmiddels een initiatief gestart dat moet leiden tot zinnige inhoudelijke invullingen van Kennisnet op basis van de behoeften die er bij scholen bestaat.