"Het bouwen van applicaties met behulp van componenten is een ontwikkeling die snel doorzet. Software-ontwikkelaars moeten goed nadenken over de vraag hoe ze met dat nieuwe fenomeen zullen omgaan. De beschikbaarheid van componentware doet de grens tussen maatwerk software en standaard pakketten immers vervagen. Op Software Automation wordt het onderwerp dan ook uitgebreid behandeld. Niet alleen op de beursvloer, maar ook in een fiks aantal lezingen", aldus Rick van der Lans, voorzitter van de stuurgroep die de thema’s van Software Automation vaststelt.
Van der Lans is nu al weer voor het derde achtereenvolgende jaar betrokken bij de organisatie van het evenement. De beurs annex conferentie startte in 1996 in Nederland en is gebaseerd op een formule die al vele jaren in België wordt gehanteerd. Ook in Nederland voorziet het evenement in een duidelijke behoefte van iedereen die geïnteresseerd is in het ontwikkelen en beheren van applicaties. Ruim 75 exposanten tonen dit jaar in de Utrechtse Jaarbeurs hun producten, zoals ontwikkeltools, databases, middleware en systeemmanagementtools. Ook de leveranciers van ERP-pakketten zijn present. Het zijn zo’n beetje alle leveranciers van enige importantie die op de beurs acte de presente geven. Er is in principe geen hardwareleverancier te vinden, tenzij hij nadrukkelijk en product op de markt brengt die iets van doen heeft met het ontwikkel- en beheertraject. Van der Lans: "Vorig jaar kwam er en fractie minder bezoekers naar de beurs dan in het eerste jaar. Zo’n vijf procent. Dat kwam omdat er in het eerste jaar ook mensen uit nieuwsgierigheid of met verkeerde verwachtingen naar de Jaarbeurs kwamen. "Van meet af aan hebben we meer de nadruk gelegd op de kwaliteit van de bezoekers dan op de kwantiteit. Gelet op de enquêtes die vorig jaar zijn gehouden, hebben we die doelstelling bereikt. De gemiddelde kwaliteit van de bezoeker is hoog en voldoet volledig aan de verwachtingen van zowel de organisatie als de beursdeelnemers. In dat opzicht hoeven we weinig aan de opzet van het evenement te veranderen. We mikken nog steeds op de professionele software-ontwikkelaar en een ieder nauw betrokken is bij dat vakgebied."
Meer sprekers
Het congres dat ook dit jaar weer wordt georganiseerd in de Utrechtse Jaarbeurs heeft inhoudelijk enige veranderingen ondergaan ten opzichte van het voorgaande jaar. En belangrijke wijziging is dat de leveranciers die als hoofdsponsors optreden, de mogelijkheid hebben gekregen een lezing te verzorgen. Bezoekers maakten vorig jaar duidelijk dergelijke presentaties te waarderen, mits het karakter niet al te commercieel is. Hoewel de organisatoren geen invloed kunnen uitoefenen op de presentaties van de leveranciers, zijn er wel duidelijke afspraken gemaakt over de invulling van de lezingen. Computer Associates, Compuware, IBM, Informix, Peoplesoft en Sterling Software zijn bij dit onderdeel van de partij.
De conferentie zelf heeft volgens Van der Lans meer nadruk gekregen. Ondermeer omdat er nu geen vier maar acht keynote speakers een lezing verzorgen. Van der Lans, als directeur van R20/Consultancy zelf een veelgevraagd adviseur en spreker op internationale bijeenkomsten, heeft ervaren dat de professionele ontwikkelaars verhalen met enige diepgang willen horen over hun eigen vakgebied. Presentaties over vluchtige en modieuze onderwerpen zijn aan hen niet besteed, aangezien ze heel goed in staat zijn om hype van realiteit te onderscheiden. Dat betekent echter niet dat professionals uitsluitend zware verhandelingen willen aanhoren. Van der Lans is daarom bijzonder blij Tony Collins en David Bicknell te hebben kunnen strikken. Zij zijn de executive editors van respectievelijk de Engelse en Amerikaanse Computer Weekly en hebben recent het boek Crash uitgebracht. Het boek bevat waar gebeurde verhalen over IT-projecten die om en of andere reden zijn mislukt. Van der Lans is ervan overtuigd dat de toehoorders om de presentatie van de Engelsen kunnen gniffelen, maar er tegelijkertijd ook veel in zullen herkennen uit hun eigen dagelijkse praktijk.
Interessante ontwikkeling
Van der Lans zelf zal een presentatie houden over trends in datawarehousing, olap en datamining. Deze onderwerpen staan vanwege de actualiteit en het grote belang al voor het derde achtereenvolgende jaar op het programma. "Bedrijven hebben inmiddels allemaal wel hun keuzes gemaakt. Het gaat er nu om de tools zo goed mogelijk in te zetten. Ik denk dat we nu in een soort overgangsfase zitten in afwachting van oplossingsgerichte producten. Daarmee bedoel ik dat er zowel olap- als dataminingtools op de markt gaan komen met ingebouwde intelligentie in de vorm van branchegerichte kennis. De leveranciers van olap-producten kunnen zich alleen nog maar onderscheiden door branchespecifieke kennis aan hun software toe te voegen. Dat kan een antwoord zijn op de strategie van Microsoft die met zijn olap-server een serieuze speler in dit segment gaat worden. Ook algoritmes van dataminingtools worden steeds intelligenter, waardoor ze voor hele specifieke zoekacties kunnen worden ingezet", aldus Van der Lans.
Ook het ontwikkelen van Internet-applicaties staat dit jaar weer op de agenda. "Het is beslist geen modieus onderwerp", zo verdedigt Van der Lans de keuze voor dit onderwerp. Een paar jaar geleden zou een onderwerp als applicatie-ontwikkeling voor Internet niet op de agenda zijn gekomen, aangezien die omgeving met zijn statische HTML-pagina’s niet zo boeiend was voor de ontwikkelaars. Dat is met de opkomst van Java wel anders geworden. "We zien hier een hele interessante ontwikkeling, omdat Internet niet meer als een aparte omgeving wordt beschouwd dat naast bijvoorbeeld een client/server omgeving staat. In de nabije toekomst is het mogelijk om een applicatie te bouwen en vervolgens te bekijken of deze in client/server- dan wel in Internet-mode moet draaien. Er komen in toenemende mate koppelingen tot stand tussen de verschillende ontwikkelwerelden en technologieën. De vraag of Java daarbij de standaard ontwikkeltaal wordt of de taal waarnaar we uiteindelijk alle applicaties genereren is in dit verband niet zo relevant. Het zoeken naar een antwoord op die vraag heeft meer weg van een godsdienststrijd, waar niemand veel mee op schiet", meent Van der Lans, die namens de organisatoren Ron Tolido van Cap Gemini heeft weten te strikken om het onderwerp te behandelen (zie ook verder in dit nummer).
Voor en na de storm
Het millenniumprobleem wordt dit jaar eveneens behandeld. Het is en blijft natuurlijk een onderwerp dat hoog op de prioriteitenlijst van veel software-afdelingen staat. "Iedereen is zich inmiddels wel bewust van de ernst van de zaak. Dat mag ook wel, zo kort voor het jaar 2000. Bedrijven die nu nog met het millenniumwerk moeten starten, zijn rijkelijk laat. Overigens horen we steeds meer organisaties zeggen dat ze alles onder controle hebben en het millenniumprobleem hebben opgelost. Schetsen ze daarmee een te rooskleurig beeld? Of hebben we het probleem met z’n allen eigenlijk schromelijk overschat? Op het congres geeft Bart de Vries van het Millenniumplatform een overzicht van de stand van zaken op het jaar 2000-terrein in Nederland", zegt Van der Lans.
Het onderwerp object-relationeel heeft het dit jaar niet gehaald. Vorig jaar sprak Van der Lans nog over de manier waarop de belangrijkste databaseleveranciers proberen om object-relationele technieken in hun relationele producten te implementeren. "Met dit thema kunnen we op dit moment niet zo veel. De markt is er niet echt mee bezig. We zitten in een periode van stilte na de storm, want vorig jaar is er natuurlijk erg veel gebeurd. Misschien is het ook wel een stilte voor de storm, want wat Oracle met Oracle 8i wil gaan doen is toch heel interessant. Zo ontwikkelt de database zich tot een filesysteem, waarmee Oracle Microsoft regelrecht concurrentie gaat aandoen. Wanneer je immers alle files in Oracle kunt stoppen, dan ben je niet meer afhankelijk van een besturingssysteem. Microsoft, van wie het filesysteem wordt afgepakt, moet dus met een reactie komen. Het zal een interessant onderwerp zijn voor het congres in 1999," verwacht hij.
Componenten en ERP
Terwijl het thema object-relationeel voorlopig van de agenda is verdwenen, staan de componenten nog volop in de belangstelling. Componententechnologie heeft een enorme invloed op het werk van de applicatie-ontwikkelaar. Daarom gaat Lawrence Wilkes van het onderzoeksbureau Butler Group uitgebreid in op de vraag welke aspecten van het ontwikkelproces gaan veranderen en hoe de ontwikkelaar het beste met dit nieuwe fenomeen kan omgaan. Hoe stel je een applicatie samen uit talloze componenten, hoe test je zo’n programma, hoe houd je overzicht over een bibliotheek van duizenden componenten? Het zijn slechts enkele vragen die aan de orde komen. De Belgische professor Jacques Vandenbulcke is een oude bekende op Software Automation. Hij spreekt nu voor het derde achtereenvolgende jaar op het congres. Het onderwerp dat hij dit keer bij de kop pakt, is echter nieuw: componenten en ERP. "We hebben een subtiele stap gemaakt op zowel de beurs als het congres. Op de beurs hebben we plaats ingeruimd voor leveranciers van ERP-pakketten. Peoplesoft en SAP zijn dit jaar dan ook met een stand aanwezig. In het verleden was de scheidslijn tussen een standaard softwarepakket en een maatwerk programma duidelijk. Tegenwoordig zijn die grenzen aan het vervagen. Dat is goed te zien bij de ERP-pakketten. Steeds meer worden software-ontwikkelaars geconfronteerd met de taak om hun eigen systemen met deze pakketten te integreren. Een Delphi-programmeur kan bijvoorbeeld stukken SAP-code aanroepen en deze in zijn eigen bouwsel integreren. Ook andere leveranciers zijn met deze technieken bezig. Denk maar eens aan IBM met San Francisco. Daar komt bij dat de leveranciers van ERP-pakketten druk bezig zijn om hun producten in componenten uit een te rafelen. Deze ontwikkeling moet ertoe leiden dat je op een gegeven ogenblik met een aantal kant-en-klare componenten een hele nieuwe ERP-applicatie kunt samenstellen. Tsja, en wat heb je dan: standaard software of maatwerk? We staan nog maar aan het begin van deze zeer interessante ontwikkeling. Desondanks, of misschien wel daarom, is het de moeite waard om hieraan uitgebreid aandacht te besteden", aldus Van der Lans.
Beursbezoekers krijgen een boekje dat Van der Lans recentelijk heeft gepubliceerd. Hierin ontrafelt hij een groot aantal mythen en sprookjes over applicatie-ontwikkeling, datawarehouses en databases. Na het lezen van het boekje, een bezoek aan de beurs en het bijwonen van de conferentie is menigeen misschien een aantal illusies armer, maar ongetwijfeld een ervaring rijker.
Cok de Zwart, freelancemedewerker Computable