Sun Microsystems introduceert in december zijn gedistribueerde Java-technologie Jini op de Internet-show in New York. De firma wordt daar terzijde gestaan door een reeks partners die prototypes zullen demonstreren van producten die gebruik maken van Jini.
Bill Joy, mede-oprichter en vice-president onderzoek bij Sun, zegt dat er op dit moment zeker veertig Jini-partners zijn.
Geen van deze bedrijven heeft echter een licentie op de netwerktechnologie, aangezien het licentiedocument nog steeds in de ontwerpfase verkeert. Joy zegt dat Sun de licentievoorwaarden waterdicht wil maken om te voorkomen dat incompatibele implementaties Jini kunnen ‘vervuilen’. De leverancier beweert dat Microsoft dit heeft gedaan met Java en vecht deze zaak uit voor de rechtbank. Waarschijnlijk wacht Sun op de uitkomst van dit gevecht voordat het een uiteindelijke versie van de Jini-licentie uitbrengt.
Jini is een soort middleware die het mogelijk maakt diverse apparaten en diensten aan te sluiten op een netwerk waarbij reeds aanwezige machines en diensten, zoals printers en databanktoegang, direct verbonden zijn. Apparaten hebben hiervoor een Jini-component nodig. Daarvoor moeten de fabrikanten een licentievergoeding betalen. De hoogte van dat bedrag is ook nog niet bepaald. Jini zal wel gratis zijn voor producten die zelf weer gratis zijn. Hiermee leunt Sun tegen het ‘open source’-model, dat al succesvol is gebleken voor ondermeer besturingssysteem Linux.