Nederland kent relatief weinig snelgroeiende ondernemingen, met name in de IT-sector. In de VS ligt het aantal snelle groeiers vier keer zo hoog. Daar behoort 25 procent tot de snelste categorie, tegenover 6 procent in Nederland.
Staatssecretaris Ybema (Economische Zaken) zegt tijdens de toelichting op zijn begroting dat weinig techno-starters doorgroeien naar internationaal concurrerende bedrijven. Die geringe doorgroei kan samenhangen met terughoudendheid om personeel aan te nemen. Naast de krappe arbeidsmarkt kunnen de hoge kosten en de ingewikkelde regelgeving voor aannemen en ontslaan een rol spelen.
Ook blijkt het nodig de kapitaalmarkt voor jonge ondernemingen te verbeteren. Eind dit jaar volgt de evaluatie van de Borgstellingsregeling MKB-Kredieten. Daarbij wordt bekeken hoe jonge starters betere financiële mogelijkheden kunnen krijgen.
Voor innovatieve starters is voldoende beschikbaarheid van risicokapitaal in de pre-start en startfase van levensbelang. Vergeleken met de VS is in Nederland minder durfkapitaal beschikbaar. Dit belemmert met name startende bedrijven in bijvoorbeeld de IT-branche en de biotechnologie diehigh-tech producten willen maken.
Het aantal innovatieve starters in Nederland blijft achter bij het buitenland. Eén op de tien starters is technisch geavanceerd. Op de universiteiten en hogescholen ontbreekt het aan ondernemersgeest. Slechts 7 procent van de studenten heeft de ambitie een eigen bedrijf te beginnen, tegenover 70 procent in de VS.
Het nieuwe kabinet wil barrières voor toe- en uittreding verminderen. Dit kan door veranderingen in de Vestigingswet en de faillissementswetgeving. Momenteel vindt een fundamentele evaluatie van de vestigingswetgeving plaats. Deze wordt in 1999 afgerond. Staatssecretaris Ybema heeft de indruk dat het voor ondernemers momenteel nog steeds niet goed mogelijk is na een faillissement opnieuw te starten. Dit jaar zal de overheid bezien of het mogelijk is herstarten in Nederland te stimuleren, bijvoorbeeld door het imago van gefailleerden te verbeteren.