Microsoft is begonnen met de verzending van de op NT gebaseerde Terminal Server (MTS), een concept dat is gebaseerd op de Citrix Winframe-technologie. Tegelijkertijd komt Citrix in samenwerking met Microsoft met een uitbreiding op MTS, Metaframe genaamd, voorheen bekend onder codenaam Picasso.
Citrix introduceerde een technologie, oorspronkelijk voor OS/2 en later voor NT, die de grafische Windows-interface over een netwerk kan ‘mappen’. Dit is in principe gelijk aan X-terminal, waarmee gui-terminals met de Motif-interface kunnen worden ondersteund, alleen gaat het ditmaal om een Windows-interface. Dat iedereen de Windows-interface wil terwijl Motif bestaat, is treurig genoeg maar het benadrukt wel de dominantie van beschikbare applicaties.
Op basis van deze technologie heeft Citrix (en nu ook Microsoft) meerdere ‘virtuele machines’ geïmplementeerd op één enkele kopie van NT. Elke VM ziet eruit als een aparte PC, zodat die ene (grote) NT-machine meerdere WBT’s kan ondersteunen. Dit wordt ten onrechte ‘multi-user NT’ genoemd; in feite gaat het hier om meerdere enkelvoudige NT’s in één kast. Er wordt geen code gedeeld, zodat voor vijf gebruikers van Word vijf kopieën van Word geladen moeten worden. Strikt genomen is dit geen server maar een reeks clients; deze virtuele clients kunnen echter wel verbinding maken met een echte server, bijvoorbeeld een database, alsof het onafhankelijke PC’s zijn. MTS is dus geen concurrent van Unix, waarbij de applicatiecode gedeeld kan worden door meerdere X-terminal gebruikers.
Het aantrekkelijke van Citrix Winframe, het originele product, was dat de kosten van eigendom zo laag waren. In plaats van bestaande PC’s te upgraden of te vernieuwen, kan WBT emulatie-software worden gedraaid, zodat het hele netwerk is op te waarderen voor de prijs van één Citrix Winframe-server. Bovendien liggen de kosten van ondersteuning lager, omdat applicatie-upgrades voor gebruikers alleen op de Winframe-server hoeven te worden geïnstalleerd. Het probleem voor Microsoft was dat Citrix er het meeste aan verdiende; zij kregen slechts betaald voor één NT-licentie. Bovendien hoeft het netwerk slechts applicatie-licenties te hebben voor het aantal gelijktijdige gebruikers. Meestal valt dat lager uit dan het totale aantal op het netwerk aangesloten PC’s.
Citrix zal Winframe gelukkig blijven uitbrengen, maar wel gebaseerd op NT versie 3. Er is geen implementatie van NT versie 4 of 5. In plaats daarvan heeft Microsoft de Citrix-technologie in licentie genomen en gebruikt voor de productie van MTS, dat wel is gebaseerd op NT 4.x. MTS maakt echter gebruik van een Microsoft communicatie-protocol tussen MTS en hun eigen WBT, Remote Desktop Protocol genaamd (RDP, officieel T.share). In tegenstelling tot het ICA-protocol van Citrix is RDP een ‘point-to-point’ protocol dat alleen de Microsoft-terminals ondersteunt. ICA is een ‘gelaagd’ protocol, dat een heel scala aan services via elk gewenst communicatieprotocol kan versturen. De belangrijkste service is natuurlijk de terminal-emulator. Maar anders dan RDP kan ICA meerdere services ondersteunen, zoals file transfer (om een PC te integreren met de centrale Winframe-server), printers, Java enzovoorts. Aangezien ICA veel efficiënter is dan de X-terminal-protocollen kan het niet alleen over bestaande lan’s met bijvoorbeeld Netware draaien, maar werkt het ook uitermate goed over een telefoonlijn; Microsoft Office is uitstekend te gebruiken over een standaard 28.8Kbps modem. Dit zou weleens de oplossing kunnen zijn voor vele van de problemen die gebruikers op afstand ondervinden en die worden veroorzaakt door slecht ontworpen client/server-applicaties. Metaframe heeft ook geavanceerde features als ‘load balancing’ ingebracht in MTS.
In feite betekent dit dat MTS, hoewel gebaseerd op NT 4.x, toch te beperkt is voor serieus gebruik. Dus heeft Citrix alle ICA-functionaliteit van Winframe overgebracht op MTS, door middel van Metaframe. MTS plus Metaframe is in feite een NT 4.x versie van Winframe, inclusief native MTS/RDP-producten. Metaframe biedt compatibiliteit met de bestaande Citrix client-producten, met name diegene die zijn ingebed in netwerkcomputers en X-terminals. Dit levert voor Citrix op de lange termijn een probleem op, aangezien de WBT-clients een migratiepad voor NC’s bieden, zodat die legacy kantoor-applicaties kunnen blijven gebruiken tot de nieuwe generatie Java-producten uitkomt. Citrix benadrukt het feit dat voor Java wel code moet worden geladen, terwijl WBT absoluut passief is. Dat zou een argument kunnen zijn als we alleen maar een nieuwe generatie modulaire, op PC gebaseerde applicaties konden verwachten. Die kans lijkt echter klein.
Zoals gewoonlijk zit er een addertje onder het gras. De goedkope optie is door Microsoft uit de weg geruimd. MTS is even duur als NT Server, maar elke client moet betalen voor een volledige Windows NT Workstation-licentie, en wel voor elke virtuele machine. Dat gaat ze meer opleveren dan het upgraden van desktop-besturingssystemen! Er blijven slechts twee mogelijkheden over: kiezen voor de lagere kosten van eigendom en hardware-upgrades, of het goedkopere Citrix Winframe blijven gebruiken. Typisch Microsoft; verdienen aan een oplossing voor de hoge kosten van eigendom die door hun eigen producten zijn gecreëerd.