En? Hebben ze u deze zomer al gebeld? Het is een ideale tijd voor ze. Hun slachtoffers hebben het, bij gebrek aan collega’s, óf zo druk dat ze ’s avonds wel eens over ander werk nadenken, óf ze hebben de hele dag niets te doen en krijgen ineens ruimte in hun hoofd om de carrière tot dan toe van een afstandje te beschouwen.
En dan gaat de telefoon: "Goedemorgen, met Jan Jaap Goedebuur, van Recruiment Services. Schikt het u?"
Natuurlijk schikt het. De eerste wedervraag is vanzelfsprekend hoe heer Goedebuur aan dit telefoonnummer is gekomen. Immers de carrièrebeslommeringen zijn voor de vrouw geen geheim, maar verder zijn dit geen zaken die je in de bedrijfskantine nu eens breed uitmeet. Op die vraag krijg je steevast geen antwoord, omdat de recruiter zijn kroonjuwelen graag beschermt. Na de nodige complimenten in ontvangst te hebben genomen, wordt het tijd voor de tweede wedervraag: "Namens wie belt u eigenlijk?" Dan wordt het gesprek een stuk concreter. Nu u weet wie er achter u aanzit, vallen de stukken op hun plek. "Oh, die? Goh, dat ze aan mij hebben gedacht."
Het knagende gevoel dat de recruiter voor elke kandidaat die hij met succes aanlevert het grootste deel van uw eerste jaarsalaris als bonus toucheert, maakt plaats voor eergevoel. "Tja, misschien moeten we maar eens praten." En en passant zet u op een rijtje hoelang de collega’s nog op vakantie zijn. "Volgende week? Schikt dat?" Zomertijd, een heerlijke tijd.