Trude Maas trok in haar column ‘schaarste of luiheid’ de conclusie dat het met die schaarste wel meeviel. Is het dan gebrek aan creativiteit? Als het saai werd bij het oude BSO ging Trude vroeger naar de bakker om lekkere koeken te halen. Creatief, dat wel. Maar er is ook iets anders aan de hand.
Voortdurend wordt beweerd dat schaarste aan arbeidskrachten de IT-markt teistert. Dat is je reinste onzin, ze zijn er te kust en te keur. Alleen, een groot aantal is in (tele)communicatie-land gaan werken. Internet en mobiele communicatie zijn nu eenmaal leuker en bieden meer toekomst dan ‘het millennium’ en ‘de euro’.
Het volgende klinkt wat ordinair, ik geef het toe, maar het is nu eenmaal niet anders. Van vermeende schaarste gaan in de hoofden van salesmanagers van softwarehuizen de dukaten flink rinkelen. Als opdrachtgevers er maar voldoende van doordrongen zijn dat er een gebrek aan IT’ers heerst, dan kan het niet anders of de uurtarieven van de software-specialisten moeten omhoog. Zo’n schaarste-spook helpt tariefbesprekingen tot een profijtelijk einde te brengen.
En natuurlijk hebben ook de werknemers van de softwarehuizen hun lessen goed geleerd. In een schaarste-economie kunnen hun salarissen en secundaire arbeidsvoorwaarden razendsnel opschuiven naar ‘hemelse sferen’. Met andere woorden, er zijn nogal wat partijen die er baat bij hebben om de schaarste-perceptie (kunstmatig) in stand te houden.
Terug naar de realiteit. Althans naar mijn werkelijkheid – bij een grote communicatie-leverancier in een weiland bij Rijen in de high-techprovincie Noord-Brabant. We hebben daar geen enkel probleem met het vinden van goede IT’ers. Voor 1998 had ik me in mijn divisie tot doel gesteld om op 500 mensen 100 IT-specialisten te rekruteren. Binnen een half jaar zaten die achter hun werkstations en PC’s en kon een groot aantal (te duur geworden) inhuurders eruit. "Hoe kan dat toch?", vraag je jezelf dan onwillekeurig af. Zou Trude dan gelijk hebben dat er van schaarste geen sprake is.
Ik meen dat ze bij ons wél binnenkomen, omdat de goede IT’ers weten dat wij een van de top (software)clubs zijn in Nederland. Daar wil je bij zijn, dat is spannend, die kwaliteit wil je je eigen maken. En als ik zeg dat we bij de top van Nederland behoren, bedenk ik dat niet zelf. Sinds de CMM-audit (capability maturity model) in 1995, beweegt de organisatie zich volgens deze Amerikaanse software-kwaliteitsstandaard op niveau drie. Even ter verklaring: er zijn vijf niveaus. In Nederland bevindt zich 95 procent van de IT-bedrijven op niveau 1. Een aantal organisaties zit op niveau 2, en slechts één onderneming op niveau drie: de R&D-divisie van Ericsson in Rijen. En misschien lukt het een deel van de organisatie om dit najaar zelfs niveau 4 of 5 ‘world elite’ te halen.
Voor uw informatie: dit betekent bijvoorbeeld een software-betrouwbaarheid realiseren van 0,05 procent fouten per 1000 regels code in de eerste zes maanden na ingebruikname van het programma. Omgerekend naar een team programmeurs betekent het dat er per jaar slechts één fout doorglipt, die de klant opmerkt. Zo’n kwaliteit in telecommunicatie-software spreekt IT-professionals aan.
Mijn stelling is dat schaarste een aangepraat probleem is. Vervolgens wordt laks naar te eenvoudige én gevaarlijke oplossingen gegrepen: hogere tarieven en salarissen nu, terwijl de echte problemen pas opdoemen als ‘millennium’ en ‘euro’ achter de rug zijn. Juist n� kwaliteit en toekomst (Internet, mobiele communicatie) bieden, beweegt goede IT’ers ertoe om bij een (tele)communicatie-bedrijf in dienst te treden.
Maar niet alleen dat maakt die sector zo aantrekkelijk – met name voor specialisten die verantwoordelijk zijn voor lan’s. Vooral deze laatste categorie stapt steeds vaker over naar de telecom-industrie. En geef ze eens ongelijk. Je houdt een uiterst complex ‘local area network’ in de lucht en je kunt het nooit goed doen: "wat is het netwerk traag", "ligt het netwerk er weer uit".
De telecommunicatie-sector biedt dezelfde complexiteit en dezelfde technische uitdagingen. Maar dan ben je wel actief in het primaire geldverdienende proces van het bedrijf, met een ‘double digit’-groei waar je zelf direct aan meewerkt.
Een fors spanningsveld dus. Geen wonder dat die explosieve groei een enorme aantrekkingskracht uitoefent op de IT-professional. Meer en meer zien zij in dat hun toekomst bij ‘communicatie’ ligt. In mijn volgende kolom zal ik ingaan op de hype na Internet: mobiele data. Daarmee wordt de communicatie-branche voor IT’ers helemaal aantrekkelijk. Zeker als ze er tabak van hebben om steeds maar weer de ‘bugs’ van Bill Gates op te ruimen. Schaarste? Hoezo schaarste!