Op 20, 21 en 22 mei 1998 komen een stuk of tweehonderd hotemetoten uit de wereld van de Amerikaanse telecommunicatie en computernetwerkindustrie bijeen. In het Ritz-Carlton hotel in het Californische Laguna Niguel bespreken zij de toekomstige versmelting van Internet en telefoonnetwerken.
Gezien de roerige tijden die op dit terrein in het verschiet liggen, is de conferentie ‘Vortex98’ gedoopt, zeg maar Wervelwind98. Sprekers zijn onder andere John Chambers van Cisco Systems, Russ Daggat van Teledesic (Internet in the sky) en Dietrich Botsch van Siemens Private Networks. Het feestelijk hoogtepunt van de bijeenkomst vormt de viering van de vijfentwintigste verjaardag van Ethernet. Het feestvarken is uiteraard Robert Metcalfe, de man die 25 jaar geleden Ethernet ontwikkelde in het vermaarde Xerox Palo Alto Research Center.
In Amerika worden belangrijke uitvinders nog tijdens hun leven flink in de bloemetjes gezet. Dat overkomt ook Bob Metcalfe; in Laguna Niguel bejubelt vice-president Al Gore hem – vanaf een videoband. Gore roemt Metcalfe om zijn Ethernet en om Metcalfe’s Law, die volgens de vice-president luidt dat de capaciteit van een netwerk exponentieel toeneemt met het aantal computers dat is aangesloten op dat netwerk. Metcalfe’s Law heeft volgens Gore inmiddels Moore’s Law – die zegt dat de processorkracht van microprocessors iedere achttien maanden verdubbelt – verdrongen als de dynamische factor in de technologische vooruitgang. De echte betekenis van computers ligt immers in het netwerk dat ze met elkaar verbindt.
Sociale vaardigheden
Investeerder Kevin Fong zwaait Metcalfe lof toe omdat hij "computers geleerd heeft met elkaar te communiceren, wat betekent dat computers vandaag de dag meer sociale vaardigheden hebben dan de mensen die ze hebben uitgevonden." Hij voegt daar onmiddellijk aan toe dat het Metcalfe zeker niet ontbreekt aan sociale vaardigheden. Die vaardigheden zijn hem van pas gekomen in een lange carrière als uitvinder, ondernemer en schrijver. In 1979 verlaat Metcalfe Xerox om 3Com (Computers, Communications en Compatibility) te starten, een bedrijf dat anno 1998 een marktwaarde vertegenwoordigt van circa vijf miljard dollar en iedere maand zo’n twee miljoen Etherlink-kaarten verkoopt. Metcalfe blijft tot 1990 bij 3Com. Momenteel is hij behalve vice-president technologie van International Data Group ook vaste columnist van het blad Infoworld.
Ethernet
Als student volgt Metcalfe opleidingen in elektrotechniek aan het Massachussets Institute of Technology en toegepaste wiskunde en computertechnologie aan de Harvard University. Nog tijdens zijn studie gaat hij aan de slag bij Arpa (Advanced Research Projects Agency). Bij dit door het Amerikaanse ministerie van Defensie gefinancierde onderzoeksinstituut is men op dat moment druk bezig met het ontwerpen van het Arpanet, de oermoeder van Internet.
In het begin van de jaren zeventig krijgt Metcalfe een baan als onderzoeker aan het Xerox Palo Alto Research Center (Parc). Hij wordt belast met het ontwikkelen van een netwerktechnologie die gebruikers van aparte computers voor het eerst in staat zal stellen gezamenlijk gebruik te maken van printers en opslagruimte op een zogenaamde file server. Samen met een aantal collega’s ontwikkelt hij in 1973 een technologie die het mogelijk maakt data met de onwaarschijnlijke snelheid van drie miljoen bits per seconde te versturen. Metcalfe verwerft vier patenten op de technologie; Ethernet is geboren.
Zes jaar
Ethernet blijft lang een mooie technologie op zoek naar een toepassing. Het duurt zes jaar voordat de technologie resulteert in echte producten. In 1979 – voordat Metcalfe met 3Com begint – werkt hij bij Digital samen met Gordon Bell aan het ontwikkelen van computernetwerken. Metcalfe wijst Bell erop dat het eenvoudiger is Xerox te vragen de Ethernet-technologie vrij te geven dan een heel nieuw systeem te ontwerpen.
Metcalfe en Bell schrijven een brief aan de top van Xerox of ze niet willen overwegen Ethernet een open standaard te maken. De reactie van Xerox is verbluffend. Voor een schamele vergoeding van 1000 dollar mag iedereen voortaan Ethernet gebruiken; het beheer van de 802.3 Ethernetstandaard wordt overgedragen aan een industriegroep van het IEEE (Institute of Electrical and Electronics Engineers). Wanneer Digital en Xerox vervolgens Intel aan boord halen om microprocessoren te ontwerpen voor de open standaard, begint Ethernet zijn wereldwijde opmars. Metcalfe probeert ook IBM over te halen de Ethernet-standaard te adopteren, maar Big Blue houdt het bij Token Ring, een standaard die het zelf heeft ontwikkeld.
Open standaard
Metcalfe wil er nu nog wel eens fijntjes op wijzen dat het succes van Ethernet gebaseerd is op de echte open standaard. Dit in tegenstelling tot Windows en Windows NT die door Microsoft ook wordt aangeprezen als echte open standaards waarmee iedere software-ontwerper aan de slag kan. Bill Gates heeft de term open standaard geannexeerd,’ schrijft Metcalfe. ‘Standaarden zijn alleen echt publiek bezit als alle documentatie openbaar is en de standaard besproken kan worden in een daarvoor ingesteld openbaar forum. Dat is dus bij Windows duidelijk niet het geval.’ Metcalfe: ‘Microsoft controleert het besturingssysteem en Microsoft bepaalt wanneer documentatie openbaar wordt gemaakt.’
Scherpe pen
In zijn columns voor Infoworld (te lezen op http://www.infoworld.com) trekt Metcalfe met een zeer scherpe pen van leer tegen de bonzen die de dienst uitmaken in Amerika’s lokale telefoonmaatschappijen. De Amerikaan kan voor interlokale en internationale gesprekken kiezen tussen een groot aantal elkaar op leven en dood beconcurrerende telecombedrijven. Voor lokale gesprekken – en dus voor Internettoegang – is men aangewezen op het lokale monopolie. Deze monopolies staan volgens Metcalfe de invoering van nieuwe technologieën voor snelle Internettoegang, zoals xDSL (digital subscriber line), in de weg. In de optiek van Metcalfe verdienen de telefoonmaatschappijen veel te veel met hun verouderde T-1 lijnen, om aan vernieuwing te denken.
Metcalfe stelt dat de telco�s niet gedreven worden door de wet van Moore, maar door de wet van Moron (de wet van de idioot). De computerindustrie is er volgens Moore in 25 jaar in geslaagd microprocessors op te krikken van vierhonderd naar een miljard instructies per seconde. Vergelijk dat eens met de magere vooruitgang in de telefoondiensten. Toen Samuel Morse 160 jaar geleden de eerste telegrafische boodschap verzond – ‘Wat heeft God gemaakt?’ – ging dat met vier bits per seconde. Honderdzestig jaar later mag de gemiddelde PC-gebruiker blij zijn wanneer de telco een verbinding levert die 28.800 bits per seconde ondersteunt.
Vies woord
Metcalfe: ‘Die halvegaren met hun monopolies moeten worden vernietigd.’ De vader van het Ethernet heeft de wind wel mee; monopolie is immers hard op weg een vies woord te worden in Amerika. Metcalfe heeft het op zich genomen een juridische weg te vinden om de lokale telefoonmonopolies open te breken. Hij vindt dat de lokale telefoonmaatschappijen met elkaar moeten concurreren en verwacht dat dan de prijzen voor Internettoegang met 90 procent naar beneden kunnen. ‘Ik zal hun luiheid, hun domheid en hun frauduleuze prijzen openbaar maken’, zegt Metcalfe.
Metcalfe is niet bang voor grote woorden, maar hij moet ze ook wel eens inslikken. Op de Internationale World Wide Web conferentie die in april 1997 plaatsvindt versnippert hij een door hem geschreven column, gooit de snippers in een glas water en slaat het glas water achterover. Metcalfe had geschreven dat het Internet in 1996 en in 1997 door overbelasting totaal down zou gaan. Zo niet, dan zou hij zijn woorden inslikken. Wanneer de gigalaps uitblijft, drinkt Metcalfe dus zijn eigen woorden. Maar nog datzelfde jaar herhaalt hij zijn voorspelling dat het hele Internet vroeg of laat totaal zal bezwijken door het gebrek aan bandbreedte.