Unisys levert begin volgend jaar een nieuwe reeks systemen op basis van zijn cmp-technologie (cellular multi-processing). Deze architectuur maakt volgens de fabrikant mainframe-klasse computers met Intel-processoren mogelijk.
Cmp is een combinatie van clustering en smp (symmetric multi-processing) en ondersteunt maximaal 32 processoren, Pentium II Xeon of 64-bit Merced.
"Die twee generaties chips zijn ook gecombineerd te gebruiken binnen hetzelfde systeem", vertelt Kees Zijlstra, marketing manager voor de Clearpath-computerdivisie bij Unisys. De cmp-architectuur verenigt servers, besturingssystemen en applicaties, en biedt tegelijkertijd scheidingsmogelijkheden van deze elementen binnen het systeem. "Zo kan een Unixware-cluster op een eigen partitie draaien naast een Windows NT-omgeving op dezelfde machine", schetst Zijlstra. De fabrikant biedt in eerste instantie vijf verschillende cmp-computers, waarvan het topmodel is uitgerust met 32 processoren en 32 gigabyte aan geheugen. Zo’n zware computer is voorlopig echter gedwongen om op Unixware of in meerdere partities te draaien. De huidige versie 4 van Microsofts Windows NT ondersteunt namelijk slechts vier processoren en 4 gigabyte aan geheugen.
Overigens zijn Intels processoren sowieso al beperkt in hun schaalbaarheid. De Xeon bijvoorbeeld kan standaard slechts uitbreiden tot acht processoren. De oudere Pentium Pro heeft een plafond van maximaal vier processoren. De cmp-architectuur van Unisys leverde vorige maand al een server op met twaalf Pro-chips. De fabrikant wil met deze technologie de strijd aangaan met niet alleen NT-computers van concurrenten, maar ook Unix-systemen, AS/400-machines en zelfs lichte VMS-mainframes. Analisten voorzien nog wel wat hordes voordat cmp een valide alternatief vormt voor de bovenkant van de markt. "Zowel bestaande infrastructuren als programmatuur zijn hiervoor nog niet geschikt", waarschuwt analist Jerry Sheridan van onderzoeksbureau Dataquest. Daarnaast speelt ook de mate van samenwerking binnen het systeem een rol.