De detailhandel is een van de grootste gebruikers van conventionele transactiesystemen en een pionier op het gebied van datawarehousing. Daarnaast zijn in deze sector de point-of-sale (Epos)-systemen enorm belangrijk.
Epos-systemen zijn afhankelijk van het type bedrijf; een kassasysteem voor supermarkten is heel anders dan een vergelijkbaar systeem voor, zeg, een herenmodezaak. Voor kleine winkeltjes kunnen Epos-systemen best op zichzelf staan, maar in de meeste gevallen is er sprake van enige vorm van communicatie. Deze communicatiebehoefte varieert, maar moet altijd tegen lage kosten kunnen worden aangeboden. In sommige gevallen is er behoefte aan draagbare kassasysteempjes, maar ook aan geavanceerde subsystemen, die bijvoorbeeld de prijs van een product op de rand van het schap laten zien.
Een paar jaar geleden zijn de grote jongens in de Epos-business (IBM, NCR, ICL en Nixdorf) overgestapt op PC-achtige componenten, met name 16-bits Intel-processoren. Voor een Epos-systeem is echter een multitasking besturingssysteem nodig, en in die dagen was de keuze beperkt. Flex OS van Digital was de beste optie. Naarmate de prijzen verder daalden nam het gebruik van PC-componenten toe. Ethernet verving ring- en busnetwerken, maar er was nog steeds geen noemenswaardige PC-software.
Verschillende Epos-systemen op één enkele locatie zijn gekoppeld aan een controller. Deze controllers bevatten een database, die door de terminals wordt geraadpleegd om de prijs van een artikel op te zoeken. De controllers zijn aangesloten op een centrale locatie, waarbij meestal ’s nachts bestanden worden bijgewerkt. Bij grotere winkels werd het een trend om zoveel mogelijk verwerking in het filiaal uit te voeren, waarbij de nadruk voor de centrale locatie kwam te liggen op consolidatie, inkoop en dergelijke. De mogelijkheid om back-office transacties in het filiaal te combineren met de Epos-controller was teveel gevraagd voor de technologie van toen, behalve voor eenvoudige systemen. Dit leidde tot de introductie van Unix, bijvoorbeeld door NCR. Hierdoor ontstond de nodige verwarring tussen gegevensverwerkende applicaties en Epos-systemen, omdat Unix voor Epos van nul en generlei waarde was.
Een andere factor was de behoefte aan online-communicatie vanaf de individuele Epos voor de afwikkeling van financiële transacties (E-ft-pos). De beste oplossing is een kaartlezer en een pin-toetsenbord aan de Epos-terminal te knopen, waarbij de financiële gegevens over de bestaande verbinding met de controller lopen; de controller kan daarbij de kredietcontrole voor alle aangekoppelde terminals uitvoeren. Dit was op de oudere systemen niet mogelijk, dus werden er afzonderlijke kaartlezers en pin-pads aan elke Epos-terminal gekoppeld. Als men hier de toenemende behoefte aan telefonie in winkels bij optelt, wordt de resulterende communicatie-infrastructuur wel erg complex en kostbaar.
Microsoft was nooit erg succesvol in de Epos-wereld, maar dat is aan het veranderen. NT is een goed besturingssysteem voor een controller, en de PC’s zijn inmiddels voldoende krachtig. SQL Server wordt in database-kringen nog wel eens als een speelgoedsysteem beschouwd, maar is goed genoeg voor de relatief eenvoudige eisen die aan een winkelsysteem worden gesteld. NT ondersteunt seriële verbindingen of een Ethernet-koppeling met de Epos-terminals. Tot zover alles in orde.
Maar terwijl de rest van de wereld overstapt van dikke clients naar dunne clients, probeert Microsoft de detailhandel aan de PC te krijgen, met Windows 95 wel te verstaan! En dat alles voor een gui-interface! Deze dwaasheid moet in de kiem worden gesmoord. Het dunne client-model is natuurlijk het antwoord, maar Microsoft heeft deze oplossing niet in de aanbieding. Citrix Winframe met ICA-protocollen is een op NT gebaseerde oplossing, die voor dit geval echter te duur is. Microsoft NT Terminal Server (Hydra) gebruikt het eenvoudige T-share protocol en ondersteunt niet de multiplexing die nodig is voor het aansluiten van randapparatuur (printers, displays, kaartlezers, kassa’s en dergelijke). Misschien bestaat er een goede en goedkope oplossing, maar ik heb hem nog niet gezien.
En zo komen we weer bij dat dunne client-systeem dat niet van Microsoft is: Java en web-technologie. NT is nog steeds een goede keuze voor de controller die de communicatie regelt en de web-server draait. Maar de terminal moet een runtime besturingssysteem hebben die een virtuele Java-machine (JVM) en een browser ondersteunt. Microsofts eigen Windows CE kan het antwoord zijn, maar Sun Softs Java OS lijkt een betere optie.
Het volgende probleem is de ondersteuning van Epos-randapparatuur. Een normale JVM op een PC ondersteunt geen kassa’s! Daarom moet de JVM beschikken over ‘device drivers’ voor standaard randapparatuur. Een consortium van leveranciers, de grote incluis, hebben zich nu achter een JVM-standaard geschaard, die is gebaseerd op de reeds bestaande Ole-standaard. Java-Pos is een met Java compatibele versie van Opos. Men kan conventionele Java-ontwikkeltools gebruiken, inclusief Microsofts Visual J++. Hiermee worden de problemen rond ondersteuning en softwaredistributie voorkomen, die wel zouden optreden bij een dikke client, zoals Windows 95. Veel meer nog dan kantoorapplicaties is dit een goede toepassing van een nieuwe technologie.
Overigens is Multi-user Dos veel goedkoper dan NT en kan het de klus prima aan in combinatie met hardgecodeerde terminals zonder Windows of Java!