De FBI (Federal Bureau of Investigation) maakte deze week een draai van 180 graden wat betreft zijn standpunt over datacodering. Het bureau eist niet langer dat het coderingssleutels krijgt voor alle beveiligde gegevens, maar zal dit nu overlaten aan de betrokken ondernemingen zelf.
Hiermee sluit de FBI zich aan bij het Witte Huis, dat dit standpunt al eerder aannam. "De regering en de FBI nemen nu dezelfde positie in: niet opleggen door middel van wetgeving, maar streven naar samenwerking met de bedrijven", aldus jurist Robert Litt van het Amerikaanse ministerie van Justitie, dat ook de FBI omvat. Dit verklaarde Litt dinsdag toen hij samen met vertegenwoordigers van de Amerikaanse IT-industrie getuigde voor de senaatscommissie die encryptie-wetgeving onderzoekt.
Encryptie versleutelt gegevens, zodat privacy en beveiliging gegarandeerd zijn. Tot voor kort eisten de regering en diverse wetshandhavende instanties van de Verenigde Staten dat zij sleutels zouden krijgen om de codering te kunnen breken. Deze toegangsmogelijkheid tot beschermde gegevens zou alleen gebruikt worden in geval van wetsovertredingen en bedreiging van de nationale veiligheid.
De overheidsinstellingen hielden echter een slag om de arm door ook ‘verdenking van’ als legitieme aanleiding voor code-breken te gebruiken. De vrees bestaat dat terroristen en misdadigers dankzij encryptie-technologie ongestraft hun gang kunnen gaan. Aan de andere kant is er de angst voor ‘Big Brother’; een overheid die alles controleert.