Felix Meurders voelde mij vorige week in het televisieprogramma Middag Editie stevig aan de tand: Hoe zat het nu toch met Microsoft en de ruzie met het Amerikaanse ministerie van Justitie? In de eerste volzin nam ik de woorden ‘besturingssysteem’ en ‘bundelen van softwarepakketten’ in de mond. Als doorgewinterde programmamaker weet Meurders dat het woord besturingssysteem alleen al kijkers naar de afstandsbediening doet grijpen. Simpele metaforen waren beter op zijn plaats. Dus ging het over wasmachines waarbij je verplicht het poeder van Microsoft moet gebruiken, omdat dit het beste resultaat geeft. En over auto’s waarvan Microsoft niet alleen de motor wil leveren maar ook de airco, radio en airbag.
Automatiseerders weten als geen ander dat Microsoft het tempo in de automatiseringssector bepaalt. Zij snappen ook het principiële gevecht dat zich nu voltrekt: waar ligt de grens van een besturingssysteem en waar begint de applicatielaag? Is Internet vanuit de PC bekeken niet meer dan een grote hoeveelheid gedistribueerde randapparatuur die benaderd moet worden?
Microsoft zet zwaar in op het laatste en probeert zijn Internet-software dan ook tot in de diepste vezels van Windows in te bedden. Een echte Harvard-professor is nu als speciale onderzoeksrechter aan het werk gezet. Hij moet voor 31 mei een antwoord formuleren op de vraag of Microsoft terecht stelt dat Windows en Explorer niet zonder elkaar kunnen. Zijn oordeel is van eminent belang. Helaas zal dit niet in simpele woorden zijn gesteld.