Volgens de meest recente gegevens van NUA Internet surveys kent ons land nu één miljoen Internet-gebruikers.
Dat betekent dat 6,42 procent van de totale bevolking met enige regelmaat op het net te vinden is. Daarmee neemt Nederland een middenpositie in. We blijven ver achter bij landen als Finland (20,4 procent), IJsland (45), Noorwegen (32,5), Zweden (21,34) en Denemarken (11,5). Zelfs de voormalige Sovjet-staat Estland (12,3) kent relatief gezien meer Internet-gebruikers dan Nederland. Achterblijvers in Europa zijn Rusland (0,4 procent), Italië (0,67), Frankrijk (0,69, Minitel!), Griekenland (1) en België (1,9).
Er blijkt een magische grens te liggen rond de 15 procent. In het verleden is gebleken dat als een apparaat een penetratiegraad van 15 procent weet te behalen dat dan heel snel het aantal gebruikers zal toenemen. Dat effect viel eerder waar te nemen bij de opkomst van de radio, televisie, telefoon, CD-speler en faxmachine. Hoewel de fax al in de jaren dertig werd uitgevonden, duurde het tot begin jaren negentig voordat deze tot de huiskamer doordrong.
Na het overschrijden van de genoemde grens wordt het steeds noodzakelijker om bijvoorbeeld een e-mailadres te bezitten. De gang van zaken in Verenigde Staten is illustratief. Daar waren in april vorig jaar 45 miljoen Internet-gebruikers (16,16 procent). Daarna ging het razendsnel. Nog geen jaar later (februari 1998) bedraagt het aantal Amerikaanse Internet-gebruikers 62 miljoen (30). AM