Het gaat goed met het Internet Protocol (IP). Internet groeit onverminderd door en kent nu naar schatting 150 miljoen gebruikers wereldwijd. Het intranet (een IP-net binnen een organisatie) was in 1996 nog een hype, maar is in 1997 massaal ingevoerd door bedrijven, ook in Nederland.
Een kleine steekproef onder circa vijftig verzamelde IT’ers leert dat meer dan de helft Internet gebruikt, dat circa de helft ook een intranet gebruikt, maar dat nog niemand een extranet (een interorganisationeel IP-net) gebruikt. Misschien dat daar nog dit jaar verandering in komt: PC Magazine (10 februari) voorziet een extranet-‘rush’ in 1998. Er is echter een probleem met extranetten, en dat heeft niets te maken techniek. Het beslistraject rond een extranet vergt een grote inter-organisationele afstemming. Binnen een branche-organisatie kan dit afstemmen makkelijk twee jaar duren. Met die rush zal het dus wel meevallen wat branche-netten betreft.
Aan de inkoopkant van dominante marktpartijen zijn extranetten veel simpeler te realiseren. Een overheid kan haar vele toeleveranciers eenvoudig haar extranet voorschrijven. In het verleden vonden vergelijkbare ontwikkelingen plaats rond edi en ISO 9000-certificering onder toeleveranciers van diverse grote bedrijven.
Rond IP-netten bestaat een groot aantal mythen. Eén daarvan is dat een intranet besparingen met zich mee brengt. Deze en andere mythen worden weersproken binnen de Complete Intranet Resource. Zeker wanneer intranetten beginnen te groeien, kosten ze een behoorlijk aantal extra duiten. Door intranetten in te richten over publieke infrastructuren zoals Internet of Het Net, zijn wel weer extra kostenbesparingen mogelijk. Zulke intranetten worden vpn (‘virtual private network’) over IP genoemd. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van IP-tunneling, een beveiligde verbinding tussen twee IP-adressen over een IP-net. Vpn over IP maakt intranetten en extranetten betaalbaar, waardoor het voor grote delen van het mkb binnen handbereik komt.
Wanneer vpn’s ook over IP mogelijk zijn en steeds meer telefonie over deze nieuwe vpn’s plaatsvindt, rijst de fundamentele vraag: verdringen TCP/IP-netten het traditionele geschakelde telefonienet? Ja: de IP-netten groeien tientallen keren zo snel, maar voorlopig bestaan beide naast elkaar, en middels ‘gateways’ ontstaan kruisverbanden. De dreiging voor het telefonienet op de middellange termijn wordt onderstreept in Excite News met de voorspelling dat telefonie over Internet tegen 2002 een markt van 2,5 miljard dollar gaat vormen voor apparatuur en diensten. Ook IDC/Link Resources voorziet een substantiële markt: in 1999 560 miljoen dollar, en een vertienvoudiging van dit bedrag in 2005. IP-telefonie is niet slechts een ‘bypass’ voor internationale telefonievergoedingen. Het wordt een belangrijk onderdeel van een multimediale communicatiefunctie, die gebruikt wordt binnen helpdesks, ‘call centers’, spelletjes enzovoort.
Minstens zo fundamenteel als vpn over IP is de ontwikkeling van Internet2 in reactie op het min of meer verstopte gewone Internet. Internet2 wordt een hogesnelheidsinternet, dat om te beginnen – net als Internet vroeger – universiteiten en onderzoekscentra in de VS en Canada onderling gaat verbinden. De University Corporation for Advanced Internet Development (Ucaid) biedt een formele organisatie ter ondersteuning van Internet2-leden, die breedbandapplicaties en gigaPOP-netwerken ontwikkelen. De snelheden zijn in de orde van gigabits per seconde, niet megabits per seconde zoals bij de huidige generatie IP-netwerken. Het aantal Ucaid-leden groeide van 34 bij de lancering in oktober 1996 tot meer dan 100 nu. De Internet2-universiteiten werken nauw samen met bedrijven aan dit netwerk voor de 21e eeuw. Een voorbeeld van zo’n bedrijf is IBM, dat heeft aangekondigd 3,5 miljoen dollar in Internet2-onderzoek te steken. Een onbekend voorbeeld van een ander bedrijf dat participeert is Starburst. Starburst is een softwareproducent die zich heeft gespecialiseerd in IP-‘multicasting’: het naar meerdere gebruikers gelijktijdig uitzenden van multimediale informatie. IP-‘multicasting’ heeft met name zin over een supersnel net, vandaar de relatie met Internet2.
Ook in Nederland is belangstelling voor deelname aan Internet2. We moeten hier niet lang mee wachten, anders gaat een kans op differentieel voordeel in Europa voor het participerend bedrijfsleven verloren. Om te beginnen is het verstandig dat een aantal universiteiten lid wordt van Ucaid. De volgende stap is het vormen van een commercieel Internet2-consortium om een steentje bij te dragen aan de benodigde R&D-inspanningen. Als we hierbij bedenken dat British Telecom recent tot de uitspraak kwam dat binnen enkele jaren 70 procent van het netwerkverkeer IP-verkeer is, dan is investeren in IP-netten zo strategisch geworden dat we niet hoeven te twijfelen aan het nut en het belang van de GigaPOP-netwerken van Internet2. Dan moeten overheid, universiteiten en bedrijven zich zo snel mogelijk aansluiten bij de anderhalf jaar terug gestarte Internet2-race!
Om de vier weken schrijft dr. Martijn Hoogeveen, manager Service Development & Partnerships bij PTT Telecom Internetdiensten, over de beste Internet-sites rond een interessant IT-onderwerp.
Alle http-adressen van de genoemde staan in Computable Online: https://www.computable.nl/internet.