Microsoft verovert in snel tempo de computerwereld, zelfs zo snel dat vrijwel alle anderen zich verenigen in een ABM-alliantie (‘Anyone But Microsoft’). Op een congres in Londen werd druk gespeculeerd over de toekomst van de softwaregigant: ‘De strijd in de komende jaren zal vooral gaan tussen Windows en ‘network computing’ van IBM/ABM’. Verder verwacht men dat binnen enkele jaren ook de grotere Unix-systemen door Windows NT vervangen zullen worden.
Welk bedrijf is in elf jaar op de beurs uitgegroeid tot een gigant met een waarde groter dan die van IBM of Shell? Met een president-directeur die voor zijn veertigste de rijkste man ter wereld werd? Iedereen weet het antwoord op deze vragen: Microsoft. Het lijkt allemaal nogal moeiteloos te zijn gegaan, maar ook in de computerwereld wordt de hegemonie nooit in de openbaarheid bevochten.
De strijd om de macht in de computerwereld is geen nieuw fenomeen. In de jaren vijftig had Univac een grote voorsprong, die door een sterk offensief van IBM teniet gedaan werd. Met de introductie van het universele System/360 troefde het bedrijf de Bunch (Burroughs, Univac, NCR, Control Data en Honeywell) eind jaren zestig af. De opkomst van minicomputers werd door de IBM AS/400-familie in toom gehouden. Door de samenwerking met Hitachi konden gevaren uit Azië op het gebied van mainframes beheerst worden. Vanwege het steeds grotere succes van AS/400-, RS/6000-systemen en nu NT-servers waren schadelijke invloeden van Unix-downsizing te beperken. In al deze gevechten om de macht is IBM de overwinnaar geworden, niet vanwege een superieure technologie maar vooral omdat het over grotere fondsen beschikte.
De huidige strijd om de macht wordt gevoerd tegen Microsoft, ook een kapitaalkrachtig bedrijf. Het is nog niet duidelijk hoe deze strijd zal uitpakken, maar wel dat die meer investeringen zal vergen en daarom voorbehouden is aan zeer kapitaalkrachtige bedrijven.
‘Downsizing’
Met de lancering van de PC in het begin van de jaren tachtig zette IBM een nieuwe trend in de zakelijke markt. Het ging IBM dan ook voor de wind, maar in de tweede helft van de jaren tachtig verkeerde het bedrijf in zwaar weer. Niet de PC veroorzaakte echter IBM’s slechte resultaten, want het Wintel-platform was toen nog lang niet klaar voor het echte computerwerk. De oorzaken waren vooral IBM’s verkeerde investeringen en de interne strijd tegen vergrijzing, bureaucratie en overheadkosten (die nog steeds niet gewonnen lijkt).
De term downsizing werd voor het eerst gebruikt in een memo van IDC uit 1985. Dit idee om de mainframes en minicomputers van allerlei verschillende leveranciers te vervangen door servers en werkstations gebouwd met ‘de facto’ gestandaardiseerde componenten, kwam echter pas in de jaren negentig tot bloei. Microsoft heeft als geen ander bedrijf kans gezien daarvoor de software-componenten te leveren. Dit werd de doodsteek voor vrijwel alle computerleveranciers, met uitzondering van IBM.
De doorbraak van Microsoft begon met de popularisatie van Windows, vooral doordat aantrekkelijke toepassingen voor consumenten beschikbaar werden gemaakt. Inmiddels komen steeds meer toepassingen van Microsoft zelf en dicteert het bedrijf vrijwel alle interfaces, niet alleen tussen toepassingen, maar ook tussen clients en servers en met Internet. In zijn expansiedrift is Microsoft nu bezig met het veroveren van de server- en netwerkwereld.
Windows regeert niet alleen vrijwel alle bureaus, maar dringt ook snel door in de servers met Windows NT. IBM/Lotus Notes, het platform voor groupware, wordt snel ingehaald door Microsoft Exchange. Als dit proces in het huidige tempo doorgaat, wappert binnenkort vrijwel overal de Windows-vlag.
Open systemen?
Alle klanten willen open systemen, ondermeer omdat de programma’s goedkoper zullen worden vanwege de concurrentie. Daarop hoopte althans iedereen die destijds met Unix-systemen in zee ging. Microsoft heeft deze trend in feite weten te keren: het bood zijn -meer biedende- programma’s nog goedkoper aan, waardoor men in steeds grotere getale overstapte op een leverancier-gebonden technologie: Windows. De Unix-wereld, die de belofte van open systemen bood, is hopeloos verdeeld en kan geen vuist maken tegen Microsoft dat de markt overspoelt met zijn producten.
Op het onlangs in Londen gehouden congres ‘Microsoft – de volgende vijf jaar’, georganiseerd door Xephon, was vrijwel iedereen het erover eens dat het slechts een kwestie van enkele jaren is voordat ook de grotere Unix-systemen door Windows NT vervangen zullen worden. De betrouwbaarheid en beschikbaarheid van NT laat nu nog veel te wensen over, met name bij aanpassingen en veranderingen. Door de nieuwe protocollen is installatie geen sinecure. Op dit moment worden ‘multi-tasking’ en ‘multi-user’-werking niet ondersteund, maar Winframe heeft laten zien dat dit zeker wel mogelijk is. "Het zijn allemaal bits en bytes, dus waarom zou dat op een NT niet kunnen. Als er vraag naar een bepaalde functie is, zal die er zeker komen." Aan het woord is conferentievoorzitter William F. Zachman, een oude rot in de computerwereld. Vroeger was hij vice president Research van IDC, alwaar hij de hiervoor genoemde term ‘downsizing’ introduceerde. Nu heeft hij een eigen adviesbedrijf, Canopus Research, en is hij een veelgevraagd spreker.
Op een vraag aan een vice-president van Citrix over de extra benodigde communicatie vanwege de ‘dunne clients’, kwam het verrassende antwoord dat sommige klanten juist voor Citrix hebben gekozen om de communicatie over het netwerk te kunnen verminderen… (traditionele clients en servers zijn kennelijk nogal babbelziek).
Client/server-systemen zijn in een slecht daglicht komen te staan vanwege het beheerprobleem (total cost of ownership, tco). De trend terug naar mainframes is vooral ingegeven door de wens om tenminste de gegevens centraal op te slaan. Een volgende stap terug is om ook de programma’s over te zetten op de centrale computer. Zachmann: "Het idee om alles terug te brengen naar de mainframe is echter net zo absurd als alles over te brengen op de desktop."
‘Downsizing’ is echt niet dood, meent Zachmann. Het heeft even pas op de plaats gemaakt vanwege de huidige problemen met client/server. Uiteindelijk zal de technologie hiervoor rijpen en dan doorzetten, mogelijk in de vorm van dunne clients, Winframe of door het gebruik van een mainframe als superserver. En als de Wintel-technologie ver genoeg gevorderd is – waarschijnlijk over veel meer dan vijf jaar – zal die de functies van het mainframe kunnen overnemen. De werkelijke bedreiging van IBM zal uiteindelijk toch downsizing zijn, als Microsoft tenminste kans ziet een besturingssysteem te ontwikkelen dat geschikt is voor bedrijfskritische toepassingen.
Het midden in de knel
Een populaire voorstelling van de markt is die van een piramide met de grote systemen in de top en de consumentenproducten aan de brede onderkant. Daar tussenin staan de servers en alles wat men meestal middleware noemt (databases, netwerken en andere algemene systeemprogrammatuur). Dit midden komt in de knel, nu het Wintel-platform steeds krachtiger wordt en mainframes snel goedkoper. NT-servers vervangen in hoog tempo de onderkant van de markt voor Unix-systemen en de verwachting is dat dit proces snel naar boven zal doorzetten; met NT komen ook de veel goedkopere software-oplossingen van Microsoft beschikbaar. Nu gaat het vooral om enkelvoudige toepassingen als server in een netwerk, maar de algemene verwachting is dat de verbreding slechts een kwestie van tijd is.
Aan de bovenkant van de piramide heerst IBM oppermachtig en breidt zijn mainframes naar beneden uit. IBM kan de vraag naar mainframes niet bijbenen en verkoopt meer mainframe-mips dan ooit te voren. Nu de aandacht op beheer (tco) is gericht en 24-uurs beschikbaarheid essentieel is, worden deze systemen snel aantrekkelijker, mede door hun lage kosten. De andere overgebleven mainframe-leveranciers handhaven zich vooral doordat de toepassingen voor het specifieke platform niet makkelijk zijn over te brengen naar een ander platform. Alle mainframe-leveranciers, ook IBM, trachten verder een graantje mee te pikken uit de opkomende NT-ruif.
Het middenstuk van de piramide staat nog verder onder druk vanwege Internet (intranet), dat eenvoudige verbindingen legt tussen ‘enterprise computing’ en de consument. Internet past uitstekend in het straatje van zowel IBM als Microsoft. In dat van IBM vanwege de betrouwbare systemen die 24 uur per dag beschikbaar moeten zijn. In het straatje van Microsoft vanwege de servers, zijn producten en de koppeling met miljoenen consumenten. Het raakvlak tussen deze twee giganten is het al eerder genoemde communicatie-platform, waar IBM veel activiteiten ontplooit op het gebied van elektronische handel (zakelijke oplossingen) en Microsoft veel aantrekkelijke platforms ontwikkelt rond de geïntegreerde Internet Explorer (producten).
Browser-oorlog
Er wordt veel gepraat over de zogenaamde browser-oorlog tussen Netscape en Internet Explorer. Waarom zoveel commotie over producten die (vrijwel) gratis worden weggegeven? Het gaat daarbij helemaal niet om de browser maar om het platform, de manier waarop met de browser gecommuniceerd wordt. Niet alleen de server is van belang, maar vooral de formele en informele normen die dit platform beheersen. Wie de normen beheerst, kan zijn gang gaan en nieuwe normen en nieuwe functies toevoegen. Dat is ook de essentie van het verzet tegen de integratie van Internet Explorer in Windows (Active Desktop), en de reden waarom Microsoft Java best als programmeertaal wil accepteren maar niet als besturingssysteem. De browser wordt immers de nieuwe gebruikersinterface. Als die direct door Java aangestuurd kan worden, is Windows niet langer nodig en verliest Microsoft zijn greep op het platform.
De ABM-coalitie concentreert zich nu op Java en NC’s in een poging om de hegemonie van Windows te breken. Voor IBM biedt dit tevens de mogelijkheid om de markt voor mainframes naar beneden te verbreden: het mainframe als superserver voor eenvoudige terminals. Voor vrijwel alle andere leveranciers is IBM de minst kwade van de twee grote spelers. IBM heeft inmiddels geleerd dat het niet langer zijn eigen normen kan stellen en werkt dus graag mee in de ABM-coalitie tegen Microsoft.
Microsoft tracht met man en macht de Windows-hegemonie in stand te houden. In de zaak over de integratie van Explorer in Windows, heeft rechter Thomas Jackson echter onlangs een voorlopige streep gehaald door het streven van Microsoft om zijn browser in het besturingssysteem te integreren. Microsoft moet de mogelijkheid bieden om Explorer uit het systeem te verwijderen. Een rechtsgeleerde zou voor 31 mei onderzoek doen en verslag uitbrengen, maar er komt nu al een zitting in januari. De rechterlijke uitspraak kan grote gevolgen hebben voor Windows 98 dat in het tweede kwartaal van 1998 zal verschijnen en waarin de browser centraal staat. De royalties voor Windows bieden Microsoft een essentiële inkomstenstroom voor het financieren van nieuwe ontwikkelingen, vandaar dat men niet mag verwachten dat Windows 98 er na de rechterlijke uitspraak wezenlijk anders zal uitzien, maar alleen dat de browser verwijderd zal worden. Dat zal echter niet automatisch betekenen dat er eenvoudig een andere, gelijkwaardige browser voor in de plaats geïnstalleerd kan worden…
Microsoft en/of IBM?
De strijd in de komende jaren zal dus vooral gaan tussen Windows en ‘network computing’ van IBM/ABM. Zachmann: "Ik geloof niet in de NC als terminal. Het enige verschil met de PC is de afwezigheid van een harde schijf. Qua kosten is er nauwelijks verschil, maar er is wel een enorm verschil in mogelijkheden. De lagere beheerkosten moet je ook voor PC’s kunnen verwezenlijken. Organisaties zullen alleen overstappen op NC’s als er werkelijk een groot voordeel zou zijn, anders blijven ze liever PC’s met Windows gebruiken. Er zijn overigens al veel verschillende vormen van Wintel-PC’s gedefinieerd, van op Windows gebaseerde terminals tot en met servers."
Het is moeilijk te voorspellen of Microsoft zijn hegemonie kan bestendigen en verstevigen. Voor een deel hangt dit af van de Amerikaanse rechters. In de VS is een sterk juridisch draagvlak voor het optreden tegen monopolies, denk maar aan het openbreken van het oppermachtige AT&T in het begin van de jaren tachtig door rechter H. Green. Zoiets zal ook Microsoft kunnen overkomen als het te dominant wordt, wat de consument daarvan ook moge vinden.
Zachmann en vele andere denken dat de strijd uiteindelijk zal gaan tussen Microsoft en IBM. "IBM beschikt als enig ander bedrijf over de financiën om de strijd tegen Microsoft te voeren, maar ik betwijfel of zij die strijd zal kunnen winnen. Microsoft heeft tot nu toe de zaken heel goed gespeeld. Hun producten zijn zeker onder de maat en er zijn heel veel problemen mee, maar ik verwacht dat ze uiteindelijk die producten wel goed zullen kunnen krijgen. Het heeft IBM vanaf de introductie van System/360 ook tientallen jaren gekost voordat ze uiteindelijk een robuust systeem voor bedrijfskritische toepassingen hebben gemaakt. Dat kan Microsoft natuurlijk ook."
Het is echter de vraag of Microsoft daar ook op uit is. Het is een product-georiënteerd bedrijf dat leeft bij de gratie van de verkoop van producten voor consumenten, die steeds weer iets nieuws willen hebben. Het is dus niet onmogelijk dat er uiteindelijk een vorm van coëxistentie tussen Microsoft en IBM zal ontstaan in de loop der jaren.
IBM legt nu veel nadruk op diensten, maar de winstmarge daarop is gering. Bovendien kampt IBM met een groot personeelsbestand en een grote kostenoverhead. Het is opmerkelijk dat een bedrijf als Microsoft met circa 24.000 man personeel op de beurs hoger gewaardeerd staat dan IBM met het meer dan tienvoudige aan personeel. Microsoft werkt duidelijk vanuit een visie en ziet kans veel initiatieven tot blijvend succes te brengen. Dit in schril contrast tot IBM: denk maar aan de PC, het Micro Channel, OS/2, SNA, Token Ring en al die andere initiatieven die door anderen zijn overgenomen of de mist zijn ingegaan.
Microsoft moet nog leren hoe het ‘enterprise computing’ kan aanpakken, en dat is geen kwestie van enkele jaren. Naarmate het bedrijf groeit, zal ook het gevaar van een toenemende bureaucratie groter worden. De kantoorgebouwen van Microsoft worden steeds hoger en volgens sommige sprekers is dat een teken van naderende problemen. Aandelenopties worden meer en meer gebruikt om medewerkers te belonen, hetgeen een gevaar voor de financiering van Microsoft kan inhouden. Tenslotte kan de sterke arm van justitie roet in het eten van Microsoft gooien. In de huidige economie kunnen posities snel veranderen. De softwaregigant heeft daarvan eerder geprofiteerd, maar dit fenomeen kan zich ook tegen het bedrijf richten. Zachmann: "In 1995 kon Bill Gates geen kwaad doen en hield iedereen van Microsoft. Anno 1997 is Bill Gates de slechterik geworden en Microsoft het bedrijf dat iedereen graag haat: ’the evil empire’. Het kan snel verkeren." Zelfs een eerbiedwaardige krant als The Times (15 december, de eerste dag van de conferentie) spreekt van vragen over de macht en arrogantie van Microsoft en over de kwaliteit van zijn producten: "Is Bill Gates really selling us all Ladas?". De toekomst zal moeten leren wat Microsoft ons in de komende jaren zal verkopen.
Hein van Steenis, freelance medewerker van Computable
IT-horoscoop voor 1998
Ieder jaar doet Zachmann dertien voorspellingen over het komende jaar. Zijn voorspellingen voor 1998, die niet alleen Microsoft betreffen, zijn te vinden op zijn web-site: http://www.CanopusResearch.com. Hier volgt een korte opsomming: