De meest recente cijfers van de Oeso over de Nederlandse economie liegen er niet om. Voor volgend jaar is de groei van het bruto binnenlands product geraamd op 3,7 procent. In 1999 zal ’s lands economie met 3,6 procent groeien, zo leert een blik in de glazen bol.
Het achterliggende jaar was voor de automatiseringssector gekmakend. Personeel is niet aan te slepen en opdrachten zijn er genoeg.
Deze week wees een IT-manager mij echter op de keerzijde van deze medaille. Hij gaf aan dat dienstverleners het naar zijn idee niet aankunnen. "Ik kan mijn investeringen in IT niet realiseren omdat leveranciers geen garanties kunnen bieden voor het fatsoenlijk implementeren van opdrachten." Met andere woorden: hij houdt dit jaar dus geld over, geld dat wel besteed had kunnen worden. Voor een deel is dit probleem te verklaren door personeelsgebrek. Veel belangrijker was zijn stelling dat leveranciers te veel hooi op hun vork nemen en daarbij individuele klanten onvoldoende tevreden kunnen stellen.
Gegeven de sterke economische groei en de euro en het Jaar 2000 in de achterzak, belooft ook 1998 voor de IT-sector in Nederland een goed jaar te worden. Waar leveranciers op moeten letten, is dat zij niet te pletter groeien en deze groei alleen kunnen waarmaken door een enorme groep gefrustreerde IT-gebruikers achter te laten. Dienstverlening en ondersteuning worden van eminent belang.
De groeicijfers van de Oeso zijn te vergelijken met die van 1989 en 1990. Elke automatiseerder met historisch besef weet maar al te goed hoe de wal het schip keerde en de automatisering in de eerste helft van de jaren negentig in een diepe recessie schoot. Groei is mooi, maar wanneer deze geen gelijke tred houdt met meer tevreden klanten, zal er onvermijdelijk een afstraffing volgen.