Mijn vorige column bevatte een storende fout. Ik schreef dat IBM een hoger bod op Roccade uitbracht dan Getronics, maar dat Getronics desondanks in de prijzen viel. Het tegendeel bleek waar te zijn: Getronics bleek meer te hebben geboden dan IBM. Normaal zou ik u niet lastigvallen met zo’n correctie. Immers, een column heeft per definitie een vluchtig karakter, en een column in een automatiseringsvakblad al helemaal. Het is de snelle snack onder de geschreven tekst – de inhoud wordt na consumptie snel vergeten, dus waar zou een mens zich druk over maken.
Toch is een kleine kanttekening op zijn plaats. Daags na het insturen van de eerste versie van de column, zo’n twee weken voor plaatsing, verschenen er in de pers berichten over het werkelijke bod op het voormalig staatsbedrijf, waaruit bleek dat IBM min of meer terecht achter het net viste. Er werd een snelle herstelactie gestart, lees: een nieuwe column geschreven, die via e-mail aan de redactie werd verstuurd. Door een onbekende samenloop van omstandigheden kwam de nieuwe column echter niet op het bureau van de verantwoordelijke redacteur aan en verscheen de verkeerde column in de krant.
Een kleine fout, die ook in het pre-automatiseringstijdperk had kunnen plaatsvinden. Toch verbeeld ik me dat zulke fouten juist als gevolg van automatisering steeds vaker voorkomen. De IT-golf lijkt momenteel meer problemen te scheppen dan we met zijn allen aankunnen. En dat is maar voor een deel te danken aan het beestje zelf. De echte reden is onze eigen menselijkheid. Hoeveel verandering kan een mens aan? Hoeveel verandering kan een samenleving aan?
De grootschalige invoering van Windows 95 en Windows NT doet momenteel tal van organisaties in de voegen kraken. Het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu haalde de pers vanwege het uitstellen van een Windows 95-traject. Merkwaardig, want zulke vertragingen zijn tegenwoordig heel normaal. Het installeren – of ‘uitrollen’, zoals dat tegenwoordig zo fraai heet – is eigenlijk zelden het probleem. Meestal gaat het vlak daarna mis. Onderhoud en beheer blijken niet geregeld te zijn. Backups worden niet meer gemaakt. Beveiliging is van de agenda verdwenen. Dagenlang wachten op een upgrade of reparatie is eerder regel dan uitzondering. Opleiding en training van gebruikers schieten er bij in. De automatiseringsafdeling zelf valt meestal weinig te verwijten. Daar wordt dag en nacht gewerkt om het netwerk in de lucht en de gebruikerspopulatie tevreden te houden. Uitbreiden van de IT-staf of verhogen van het budget – het lijkt allemaal niet te helpen. Het is een verloren strijd, hoor je steeds meer automatiseerders verzuchten. We kunnen er niet meer tegenop.
Een veelgehoord voorstel is: de rem erop. Stoppen met investeren. Nu eerst maar eens toe naar een stabiele situatie, waarin de business de baas is. Is dit een realistische optie? Ik ben bang van niet. Je kunt niet achterblijven. Bovendien: een olietanker heeft helemaal geen rem. Een olietanker vaart door tot hij strandt. Misschien hadden we nooit moeten uitvaren. Maar achteraf praten is makkelijk. Daarom varen we door. We hebben geen keus. Gelukkig is de wereld rond. De beste navigator wint de race. (En de beste stuurlui staan aan wal.)
Er worden nog elke dag nieuwe olietankers de zee opgestuurd. Een voorbeeld is het PC-project van het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. Dit schip is gedoemd te stranden. Inmiddels beginnen ook de beoogde leveranciers peentjes te zweten. Zoals u weet heeft onze minister in een zonnige bui becijferd dat je voor minder dan duizend gulden per jaar een PC in de lucht kunt houden. De leveranciers beseffen heel goed dat dat veel te weinig is en dat ook zij averij zullen oplopen; veel mensen met kinderen op de basisschool associëren het merk Digital voor altijd met een verouderde Comenius-PC die ergens in een verlaten hoekje stof staat te verzamelen. Laten we hopen dat dit schip nog even aan de ketting kan blijven liggen.