De advies- en accountantsorganisaties Kpmg en Ernst & Young willen fuseren. De nieuwe groep komt met een omzet van 16 miljard dollar en zo’n 150.000 medewerkers aan kop van de wereldranglijst. In Nederland, waar Moret deel uitmaakt van Ernst & Young, wordt het kantoor met een marktaandeel van 40 procent (omzet 1,7 miljard gulden) veruit de grootste speler. Het internationale hoofdkantoor komt in Amstelveen. Colin Sharman van Kpmg wordt de topman van de nieuwe combinatie. Mike Henning van Ernst & Young zal als tweede man fungeren.
Analisten beschouwen de fusie als een antwoord op de eerder aangekondigde megafusie tussen Coopers & Lybrand en Price Waterhouse. De beide bedrijven willen door de krachtenbundeling vooral hun financiële slagvaardigheid vergroten. De adviseurs moeten de grote bedrijven kunnen volgen in hun grensoverschrijdende activiteiten. Dat betekent dat de bureaus in bijna ieder land een vestiging moeten hebben. De komende jaren staan investeringen in opkomende markten, zoals Zuidoost-Azië, China, Oost-Europa en Latijns-Amerika op stapel. Daarnaast worden de eisen steeds hoger. De kantoren doen veel meer dan alleen het controleren van de boeken. Ze begeleiden bijvoorbeeld fusies en reorganisaties en coördineren grootschalige automatiseringsprojecten.
Anti-trust en mededingingsautoriteiten kunnen nog roet in het eten gooien door de aangekondigde fusie te verbieden. Daarnaast kan sprake zijn van belangenconflicten, omdat Kpmg en Ernst & Young in sommige branches concurrenten als klant hebben. Ook zullen de kantoren hun partners op één lijn moeten zien te krijgen. Wereldwijd gaat het om 11.712 partners. Mochten alle plannen doorgaan dan is er niet meer sprake van de ‘Big Six’, maar van de ‘Big Four’. Naast Kpmg/Moret, Ernst & Young en de nummer twee Coopers & Lybrand/Price Waterhouse (omzet: 11,8 miljard dollar) zijn dat Arthur Andersen (9,5 miljard) en Deloitte Touche Tohmatsu (6,5 miljard). RS