Microsoft heeft de afgelopen zomer de laatste Unix webservers vervangen door Windows NT. Het hoofdkwartier in Redmond is nu één van de grootste NT-sites ter wereld. Het interne netwerk voldoet nog niet echt, zo blijkt uit boze interne memo’s van werknemers.
Om het vertrouwen in NT als netwerk van de toekomst voor ondernemingen te vergroten, heeft Microsoft zijn hoofdkwartier in Redmond nu helemaal draaien op NT – niet tot ieders tevredenheid, zo meldt het Amerikaanse bladUpside. Uit ‘gelekte’ interne memo’s blijkt dat de gebruikers klagen over traagheid en onbetrouwbaarheid. Het interne netwerk is enorm: 37 duizend interne e-mailadressen die dagelijks 2,5 miljoen berichten verwerken. Er staan ongeveer vijftienhonderd NT-servers. De Microsoft-website draait op veertien NT-servers die dagelijks tachtig miljoen hits moeten verwerken. Het netwerk heeft gemiddeld drieduizend ingelogde gebruikers. Het serverpark moet meer dan 160 database-applicaties verwerken.
Volgens een productmanager valt de e-mail binnen haar afdeling een paar dagen per week uit. Het kan drie tot vier uur duren voordat een bericht aankomt in een kamer aan de overkant van de gang. Programmeurs klagen over lange responsetijden. Het kan veertig seconden duren voordat een server die naast het bureau staat reageert. Alleen al het kopiëren van bestanden duurt lang door overbelasting van het netwerk. Vooral servers die gebruikt worden voor de speciale Internet-softwareprojecten zijn berucht.
Toen Microsoft deze zomer één van de laatste Unix-servers buiten werking zette en overging op Windows NT, ging het direct mis. Binnen een uur na de migratie op 19 juni lukte het een hacker de beveiliging te kraken. Daardoor werd honderdduizenden mensen de toegang tot de site ontzegd. Tien dagen later lukte het nogmaals om ‘Microsoft.com’ uit de lucht te halen. Microsoft kwam onmiddellijk met eenpatch, maar de volgende dag was het alweer raak. Op 2 juli ging de site voor de derde keer in één maanddown.