De strijd om programmeertaal annex besturingssysteem Java lijkt nu uit te lopen op een oorlog die met guerrilla-tactieken wordt uitgevochten. Op 11 september eisten Microsoft, Compaq, Intel en Digital in een open brief dat Sun diens Java vrijgeeft als openbaar bezit.
Deze groep dreigt impliciet met een boycot van Suns product door het steunen van Microsofts alternatief, Activex. Sun op zijn beurt bedreigt Microsoft met het intrekken van de licentie voor het gebruik van Java in diens software.
"Microsoft is maar een haarbreed verwijderd van het schenden van hun licentie-contract", waarschuwde Sun-president Scott McNealy. Hij zei ronduit dat het schrappen van deze overeenkomst "wordt overwogen".
Volgens Lisa Poulson, een woordvoerster van Sun, is dit geen loos dreigement. "Wij onderzoeken nu hoe Java wordt gebruikt in Microsofts Internet Explorer 4." De nieuwe webbrowser moet deze week uitkomen. "Binnen zeven dagen weten wij of er een schending van de licentie-voorwaarden is", zei Poulson vorige week.
Mond houden
Microsoft reageert gelaten; "Het is onduidelijk waar McNealy deze uitspraak op baseert. Hij moet echt met bewijzen komen of z’n mond houden", verklaarde Charles Fitzgerald, program manager bij Microsofts Internetclient-divisie. Hij vervolgde dat zijn bedrijf gewoon verder werkt met Java, omdat het "zeker waarde heeft als een programmeertaal".
De software-molog uit Redmond meent dat Sun niet in staat is om Java als een industriestandaard te beheren. Vandaar ook het ‘verzoek’ om de programmeertaal uit handen te geven aan de International Standards Organisation (ISO). Fitzgerald beweert dat Sun namelijk niet uit zichzelf zal tegemoetkomen aan de ISO-vereisten.
Beide bedrijven beschuldigen elkaar over en weer van leugens, publiciteitsstunts en malafide Java-praktijken. Zo zou Microsoft volgens McNealy programmeurs ontslaan die aan Java werken en zou Sun "alles doen om Microsoft zwart te maken", aldus Fitzgerald.
Eigen houtje
Ondertussen behandelt de ISO een verzoek van Sun-dochteronderneming Javasoft om erkend te worden als officiële standaardbeheerder van de omstreden programmeertaal. De internationale organisatie neemt binnen 45 dagen een definitieve beslissing.
Mocht het huidige verzoek van Sun worden afgewezen, dan gaat het bedrijf op eigen houtje verder met de ontwikkeling van Java. "Wij zullen niet afwijken van onze koers", zei Javasoft-president Alan Baratz koppig.
De rechten op de merknaam worden hoe dan ook niet opgegeven, aldus Sun. "Wij zullen dat pas overwegen, als Microsoft zijn Windows Application Programming Interface (API) geheel vrijgeeft", verklaarden zowel Baratz als Sun-president McNealy.