Wat zijn de voor- en nadelen, wat de uitdagingen en wat is het geheim van een mainframe in de bankwereld. "Het beheer van een computersysteem vormt hèt grote probleem, en dat maakt het mainframe zo aantrekkelijk." Herman Dikkers, manager IBM Infrastructuur bij Rabofacet, geeft zijn visie.
Mainframes worden nu na dertig jaar en tegen alle voorspellingen in nog steeds gebruikt, ze maken zelfs een sterke opleving door. We vroegen Herman Dikkers naar het geheim van het mainframe. Hij is manager IBM Infrastructuur bij Rabofacet, de facilitaire organisatie voor bijna vijfhonderd Rabobanken in Nederland, het hoofdkantoor en Interpolis.
"Ik denk de beheerbaarheid. Die dertig jaren vormen eerder een voordeel dan een nadeel. In de afgelopen decennia is er zoveel ervaring mee opgedaan en zijn er zoveel voorzieningen voor gemaakt, dat je je geen zorgen hoeft te maken over hun goede werking, die is uit en te na bewezen. Vrijwel iedereen dweept met nieuwe technologie, maar als je die zou moeten inzetten voor de centrale computer van een bank, zijn de rampen niet te overzien. Een bank moet voor 100 procent op het centrale systeem kunnen vertrouwen: een minuut uit de lucht en het regent klachten. En als de bank twee weken geen transacties kan verwerken, is hij failliet."
Het door Dikkers aangehaalde voordeel wordt ook genoemd in een rapport van IDC, besproken in Computable van 15 augustus: "Het duurt minstens tien jaar om een volledig functionerende besturingsomgeving te ontwikkelen." (Susan Frankle)
Unix versus mainframe
Jaren geleden dacht men dat grote Unix-machines het werk wel aankonden, maar dat idee heeft niet standgehouden. Volgens Dikkers werden Unix-computers door de grote aantallen steeds goedkoper, maar door het gebrek aan voorzieningen ten behoeve van het beheer vereisten ze meer mensen, en die worden steeds duurder. De Rabo-manager: "Inmiddels is de balans weer doorgeslagen naar grote mainframes. Het inzicht is verbeterd in de verborgen kosten van computers. Kosten die meestal veel hoger uitvallen dan die van de hardware. Vroeger werkten er erg veel mensen rond het mainframe, maar bij wijze van spreken gaat nu het licht alleen nog maar aan als de technicus zijn jaarlijkse ronde maakt langs alle apparatuur. Nu zitten die mensen allemaal bij het netwerk en bij de gebruikers."
Hoe ziet het computercentrum van Rabofacet eruit?
Dikkers: "Wij zijn nogal uniek onder de banken in Nederland, in die zin dat wij werken met IBM-mainframes en grote Tandem-systemen. Die van Tandem staan in de computercentra Zeist en Best (bij Eindhoven) en worden voornamelijk gebruikt voor transactieverwerking. De systemen van IBM in Zeist en Best verzorgen andere centrale verwerkingen. De computercentra zijn verbonden via twee onafhankelijke 34 Mbps-verbindingen. De besturing van beide systemen vindt plaats vanuit Zeist. De IBM’s hebben een kracht van 600 mips. We hebben een apart uitwijksysteem van 200 mips gehuurd bij IBM. Het Tandem-systeem is krachtiger, omdat het extra capaciteit moet hebben om pieken op te vangen; de gemiddelde belasting ligt slechts rond de 40 procent." (Over de betekenis van mainframe-mips, zie kader hoofdartikel.)
Netwerkverbindingen
Hoe werken de vele netwerkverbindingen met de aangesloten banken en de twee computercentra?
Dikkers: "Wij zijn bezig met het opbouwen van een nieuwe netwerkinfrastructuur die veel breedbandiger gaat worden. SNA, IBM’s netwerkarchitectuur, is in de afbouwfase; wij stappen over op TCP/IP. In deze structuur wordt het mainframe de super-server. We zullen ook de grafische browser-interface gaan gebruiken voor de toegang tot de centraal opgeslagen informatie. Het is nog lang niet allemaal rond, want dit zijn slechts twee lagen van de vele. Er moeten nog veel koppelingen voor onze toepassingen worden ontwikkeld – dat is onze grootste uitdaging op dit moment. Wij versturen veel bestanden en daar moeten we blind op kunnen vertrouwen. Operators hebben een beperkte kennis van de toepassingen en weten soms niet hoe zij problemen moeten oplossen. Onze gebruikers worden ook steeds kritischer. Het beheer van een computersysteem vormt hét grote probleem, en dat maakt het mainframe zo aantrekkelijk. Zelfs vergeleken met ons grote Tandem-systeem, waarvoor minder voorzieningen beschikbaar zijn."
Helemaal overstappen op Internet-technologie is niet aan de orde. "Het nieuwe beleid zal worden afgestemd op Internet-technologie. De systemen voor de baliemedewerkers en de transactiesystemen blijven apart en goed beschermd, zoals nu al jaren het geval is. Daarnaast komt er een algemeen informatiesysteem op basis van Internet-protocollen voor het verspreiden van algemene informatie en e-mail. Ons streven is TCP/IP naar iedere werkplek te brengen: een intern Internet. De toegang tot het externe Internet is volledig afgeschermd door middel van alleenstaande PC’s." De Rabobank was de eerste bank die thuisbankieren mogelijk maakte via een eigen communicatieprotocol. Er is een proef aan de gang op basis van Internet-protocollen en een nieuwe vorm van elektronisch betalen.
Virussen op het mainframe
Volgens Dikkers heeft hun mainframe geen last van virussen. "Lang geleden schijnt er ooit een kerstboomvirus geweest te zijn, een nogal onschuldig virus dat rond de feestdagen een kerstboom op het scherm zette. Verder heb ik er nooit over gehoord. Onze software komt alleen van betrouwbare leveranciers en wordt onder strikte controle geïnstalleerd. Op het mainframe gebruiken wij geen shareware of programma’s van mensen die we niet kennen. De kans op virussen in een mainframe is heel erg klein. Via het externe Internet ligt dat anders. Een alleenstaande PC biedt eigenlijk nog onvoldoende bescherming, ook al zit daar natuurlijk een virusscanner op. De beveiliging van mainframes is erg goed; daarbij komt nog dat de mensen die voldoende van mainframes weten om een virus te kunnen maken inmiddels boven de veertig zijn."
Een van de grote zorgen van Dikkers is het aantrekken van voldoende geschoold jong personeel. De slimme operators van weleer zijn inmiddels opgeklommen tot systeemspecialisten of -beheerders. Een jonge instroom blijft vrijwel volledig uit. Dikkers: "De jonge mensen die van school komen, kicken op Internet, Windows NT en de PC-wereld; er is nauwelijks interesse om een carrière te zoeken in de grote systemen. Die grote systemen zijn inmiddels zo complex geworden dat je minstens hbo nodig hebt om op systeemniveau te kunnen werken. Ook al krijg je jonge mensen, ze moeten nog wel worden opgeleid; na wat cursussen duurt het een hele tijd voordat je ze kunt loslaten. Met Tandem hebben we, mede door het eigen besturingssysteem, overigens hetzelfde probleem." Een oplossing hiervoor is wellicht te vinden door het bundelen van de krachten om hoger opgeleide werklozen om te scholen (zoals al in de beginjaren tachtig is gedaan), maar waar haal je de goede instructeurs vandaan?
Euro en 2000
Hoe sterk speelt het ‘jaar 2000’-probleem bij de Rabobank?
Dikkers: "Daar zijn we volop mee bezig, vooral op de IBM-systemen waarop veel oude programmatuur draait. Het Tandem-systeem dateert uit het midden van de jaren tachtig, dus daar zijn de problemen niet zo groot. Wij hebben er een aparte projectorganisatie voor opgezet, die nu een jaar bezig is. Wij zijn begonnen met een scan van de bronprogramma’s en gebruiken tal van andere hulpmiddelen. Onze klanten, de informatica-eenheden die de toepassingsprogramma’s beheren, voorzien we van faciliteiten om hun programma’s te controleren. We hebben een apart systeem gemaakt waarvan de systeemklok vooruit kan worden gezet, zodat men de overgang kan testen. Naast het probleem ‘jaar 2000’ is er overigens nog dat van de euro, waarvan de omvang niet mag worden onderschat en waarvan de impact nu wordt ingeschat. Dit betekent dat we verantwoord moeten omgaan met nieuwigheden."
Parallel Complex
Is er nagedacht over het overstappen naar een Parallel Complex van IBM? Dit moet gunstig uitpakken voor verdere centralisatie, betere betrouwbaarheid en vereenvoudiging van het beheer. Dikkers: "Nagedacht wel, maar dat is afhankelijk van wat onze klanten willen en of hun toepassingen erop kunnen draaien. Parallel Complex en ‘7×24 uur beschikbaarheid’ worden veelal in één adem genoemd. Binnen enkele organisaties (niet bij Rabofacet) is het Complex inmiddels geïmplementeerd, bijvoorbeeld Cics-plex, DB2-plex. Sommigen zeggen dat de naam Complex goed gekozen is. Maar daarmee hebben we nog geen continue beschikbaarheid. Veel van onze toepassingen draaien overdag online en ’s avonds in batch. De toepassingen zijn vaak zo ontworpen dat tijdens de batch geen online-verwerking mogelijk is. In een Parallel Complex zou online-verwerking het gehele jaar door kunnen, maar daarvoor moeten de toepassingen geschikt gemaakt worden. Zo zijn er nogal wat zaken die geregeld moeten zijn, voordat je de overstap kunt wagen. Er zitten veel goede kanten aan, vooral aan de beheerkant, dus het zal er wel van komen."
Hein van Steenis, freelance medewerker van Computable