Met het huidige aanbod van ontwikkeltools is het nog niet mogelijk gedistribueerde objecten te bouwen. Dit is de conclusie van een evaluatie-onderzoek uitgevoerd door het Serc (software engineering research centre). Voor dit onderzoek waren slechts twee leveranciers van belangrijke tools bereid "met de billen bloot te gaan".
Gedistribueerde objecten zijn onafhankelijke stukjes software die in een willekeurige configuratie en onafhankelijk van locatie en platform kunnen draaien. Volgens deze nieuwe theorie bestaan er geen applicaties meer, maar worden afhankelijk van de benodigde functionaliteit een aantal softwarecomponenten ingeschakeld. Met drie van de negen tools kunnen multi-tier applicaties gemaakt worden, met zeven van de negen three-tier applicaties en met alle tools de conventionele two-tier software.
Het evaluatieproject, een initiatief van Serc en Computable, had tot doel de stand van zaken te evalueren tussen de verschillende tools voor het ontwikkelen van softwarecomponenten.
Twee tools
De markt voor ontwikkeltools bedroeg volgens de laatst beschikbare cijfers van het IDC 25 miljard dollar. IBM en Oracle verdienen er het meeste geld mee. Op het eerste gezicht is het opmerkelijk dat slechts twee ontwikkeltools van de toptien bedrijven in het onderzoek meegenomen zijn. "Wij hebben ons specifiek gericht op ontwikkeltools voor softwarecomponenten. Vandaar dat niet alle grote bedrijven vertegenwoordigd zijn", aldus Guido van der Harst, onderzoeker van Serc tijdens de presentatie van de onderzoeksresultaten. Uit de toptien verleenden alleen IBM met Visualage Generator en Compuware met Uniface medewerking aan het project. "Daarnaast moesten bedrijven hun medewerking verlenen aan het onderzoek. Ze dienden bereid te zijn om met de billen bloot te gaan", zegt Van der Harst. Het bedrijf Forte was hiertoe niet bereid.
Geen warenonderzoek
Harde conclusies over de kwaliteiten van de individuele ontwikkeltools durft het Serc niet te trekken. De negen tools werden ten eerste onderzocht op het type applicatie dat ermee gebouwd kan worden. Alleen met Composer, Supernova en Visualage Generator kunnen multitier toepassingen ontwikkeld worden. Het tweede beoordelingscriterium was de omvang van het ontwikkeltraject dat met een tool afgedekt wordt. Zo ondersteunen Composer en Natstar analyse, ontwerp en implementatie. "Deze resultaten zeggen verder niets over de kwaliteit van de ontwikkeltools. Een ontwikkeltool kies je op basis van specifieke omstandigheden van een automatiseringsproject. Dit is geen vergelijkend warenonderzoek", zegt Van der Harst. Het feit dat het onderzoeksbureau afhankelijk is van de medewerking van de leveranciers speelt echter ook mee. "Omdat we ook in de toekomst met deze bedrijven door één deur willen, kunnen we ze niet voor het hoofd stoten", zegt Van der Harst vrijuit. In het tweede katern, Achtergrond en Opinie, presenteren de medewerkers van het Serc hun onderzoeksresultaten.
DE GEëVALUEERDE TOOLS
Tool | Producent |
Composer | Texas Instruments Software |
Dynasty | Value Added Consultancy |
Natstar | Nat Systems Benelux |
Objectstar | Amdahl Nederland |
Prolifics | Brink Automatisering |
Supernova | Supernova International |
Uniface | Compuware |
Usoft | Usoft Benelux |
Visualage Generator | IBM Nederland |