De snelheid waarmee startende bedrijven ideeën omzetten in producten en diensten voor de wereldmarkt, is bepalend voor hun succes. Als deze jonge bedrijven te lang treuzelen, gaat de markt aan hen voorbij. Dan streeft een concurrent ze voorbij.
Diederik Heijning, executive director van Gilde Investment Management, waarschuwde hiervoor tijdens de conferentie Emerging Technology 97 in Cannes. Voor de derde keer organiseerde de Amerikaanse investeringsbank Cowan en Gilde dit evenement. Doel hiervan is een platform te creëren voor Amerikaanse en Europese verschaffers van risicokapitaal, Amerikaanse investeringsbanken en IT-bedrijven die een beursnotering nastreven. Bedrijven als Super Nova, Seagull Software, Digicash, Baan en Prolin uit Nederland presenteerden zich daarbij aan een kritisch publiek van collega-bedrijven en grote beleggers.
Nieuwe machten
Gilde-directeur Heijning onderstreepte tijdens zijn openingstoespraak dat de Europese IT-industrie belangrijker wordt. Dit geldt met name voor de software. Elf beursgenoteerde Europese client/server-ondernemingen vertegenwoordigen een beurswaarde van 15,1 miljard dollar. Baan, tot voor twee jaar geleden slechts onder insiders bekend, heeft thans een hogere beurswaarde dan reeds bestaande internationale Nederlandse ondernemingen als Hoogovens of KLM. De IT-sector wordt steeds belangrijker. De dynamiek blijft gigantisch, zo bleek afgelopen week tijdens de tientallen presentaties. Innovatie leidt steeds weer tot extra vernieuwing: elk nieuw initiatief verandert de machtsverhoudingen voor anderen, waarbij weer nieuwe machten ontstaan. De IT-sector is bij uitstek een macht waarin ruimte is voor kleinere bedrijven en ondernemerschap. Omdat al deze jonge bedrijven zich in korte tijd moeten bewijzen door de snelheid waarmee ontwikkelingen gaan, bestaat er een enorme druk om snel prestaties te laten zien.
Wereldmarkt
Om succesvol te zijn moet de wereldmarkt worden betreden. En dat kost geld. Veel geld. Hier komen de ‘venture capital’ bedrijven om de hoek kijken. In Amerika is het aanbod van durfkapitaal heel goed geregeld. De aandelenmarkt staat bovendien zeer open voor jonge bedrijven. Europa heeft wat dat betreft een achterstand in te halen. De situatie is al beter dan een paar jaar geleden. Maar er moet nog heel wat gebeuren om in de pas met Amerika te lopen. Tot voor kort stonden de aandeelhouders ook niet te wachten op piepjonge bedrijven. In de jaren tachtig leek het even te gaan gebeuren. Deze ontluikende ontwikkeling werd echter in de kiem gesmoord door enkele geruchtmakende faillissementen. Veel parallelmarkten gingen ten onder. Pas recent zijn nieuwe initiatieven op gang gekomen.
Voor verschaffers van risicokapitaal is het van levensbelang dat ze hun participaties na verloop van tijd naar de beurs kunnen brengen. Heijning zei daarom wel eens met jaloezie te hebben gekeken naar de kwaliteit van de Amerikaanse elektronische beurs Nasdaq. Rond die beurs is een heel circuit opgebouwd van capabele analisten en ‘market makers’. Dat schept een goed klimaat voor dit soort opkomende IT-bedrijven.