In Gerritse’s Buzzword Top Ten, de minst gezaghebbende ranglijst van ‘hete zoemwoorden’ in de IT-industrie, is datawarehouse deze maand voor de vierde maal teruggekeerd op de eerste plaats. De term is alweer een paar jaar oud, maar heeft nog niets van zijn glans verloren.
Datawarehouse: een verzamelbak waarin u alle gegevens stopt die u tijdens het uitoefenen van uw primaire processen bijhoudt. Gewone, simpele gegevens – over inkoop, produktie en verkoop; over wie, wat, waar, wanneer, waarmee, hoeveel en aan wie. Gegevens die u kunt gebruiken om inzicht te krijgen in het reilen en zeilen van uw organisatie – de performance van uw business. Dat is tenminste de bedoeling. Liefst met een olap-tool, waarmee u in multidimensionele data kunt slicen, dicen en drillen naar alle gegevens waarover u altijd al had willen beschikken, maar nooit naar heeft durven vragen. U ziet, ook bij datawarehousing is de terminologie indrukwekkend en de achterliggende gedachte verbluffend eenvoudig – zo simpel dat de implementatie wel moet tegenvallen. Inderdaad, bij het opzetten van een gegevenspakhuis merken veel organisaties dat het klusje toch niet zo snel geklaard is als de flyers en de verkopers beweerden, en de consultants van de haastig ingehuurde softwarehuizen en systeemintegratoren volmondig hebben beaamd.
De eerste tegenvaller is dat de benodigde brongegevens zich niet in keurige relationeel-achtige databases bevinden, maar in uiteenlopende en scheefgegroeide legacy systemen. Voor hun specifieke toepassing, bijvoorbeeld de verkoopadministratie, voldoen die misschien net, maar als voedsel voor het pakhuis zijn ze minder geschikt. Gelukkig is deze tegenvaller vaak nog op te lossen.
De tweede tegenvaller is dat er voor de ontwikkeling van een succesvol gegevenspakhuis twee vrijwel onverenigbare eigenschappen in het ontwikkelteam verenigd moeten zijn. Ten eerste moeten de ontwikkelaars de bedrijfsactiviteiten van binnen en van buiten kennen. Welke produkten maken we, welke verkopen we, welke diensten leveren we en op welke markten zijn we actief? Hoe zit de organisatie in elkaar? Wie zijn de toeleveranciers? Met wie werken we samen? Wie zijn de concurrenten? Ondanks de geringe nieuwswaarde van deze constatering blijkt het veel ontwikkelteams in de praktijk nog steeds aan elementaire bedrijfskennis te ontbreken. Als die kennis er wel is, moet hij hard worden bijgespijkerd op het moment dat nieuwe produkten worden gelanceerd, een nieuwe organisatiestructuur wordt bedacht of een fusie of overname plaatsvindt – zaken die tegenwoordig aan de orde van de dag zijn. Ten tweede moeten de ontwikkelaars behalve bedrijfsexpert ook technisch onderlegd zijn. Dat de technologie zich sneller ontwikkelt dan zijn schaduw wist u al. Bovendien zijn niet alleen de mogelijkheden van huidige en toekomstige datawarehousing-produkten van belang; die meten de leveranciers wel breed uit. Het gaat vooral om de beperkingen van de technologie, de ‘kritische faal-factoren’, die het opzetten van een gegevenspakhuis in de praktijk zo moeilijk maken.
Het gegevenspakhuis van nu is dus niet per definitie geschikt voor de situatie van morgen. De ontwikkelaars ervan zouden daarom eigenlijk moeten beschikken over voorspellende gaven die het normale ver te boven gaan. Sommige deskundigen pleiten dan ook voor het inzetten van multidisciplinaire snelle ontwikkelteams, waarin naast bedrijfs- en IT-experts ook helderzienden, sterrenwichelaars en tarotleggers zijn opgenomen. Met deze methodiek zijn in de praktijk reeds goede ervaringen opgedaan. Echter, zelfs bij zo’n gedegen aanpak blijft het risico bestaan dat de beoogde gebruikers van het pakhuis – lijnmanagers in diverse soorten en smaken – heel andere dingen aan het hoofd hebben dan het stellen van ‘wat als’-vragen over hun primaire processen. Zij hebben het immers buitengewoon druk met al die activiteiten die het lijnmanagement zo aantrekkelijk maken: reorganiseren, vergaderen, politiek bedrijven en onderhandelingen voeren over de eigen arbeidsvoorwaarden. Veel managers zullen daarom gewoon blijven sturen op de periodieke rapportages die het oude systeem ze ook al opleverde; het kleurrijke gui (grafische gebruikersinterface) kan ze van harte gestolen worden. In die gevallen geeft het moeizaam tot stand gekomen gegevenspakhuis uiteindelijk antwoorden op vragen die nooit gesteld zullen worden.