Op de Ledenraadsvergadering van 21 november is het nieuwe bestuur van het Nederlands Genootschap voor Informatica (NGI) voorgedragen en geaccepteerd. Het bestuur ziet zich voor een zware taak gesteld. Het NGI moet zich veel meer profileren en nieuwe leden werven bij nieuwe doelgroepen.
Deze zomer ontstond tussen het zittende bestuur van het NGI en de Ledenraad een dermate hoog oplopend conflict over een zwaar mislukte ledenwerfactie (ieder lid brengt een nieuw lid aan) dat het bestuur opstapte. Voorzitter van het nieuwe bestuur is C. Verhoeven, voormalig algemeen directeur van RCC en nu zelfstandig werkzaam als interim-manager. A. Melief, die al zeven jaar actief is als bestuurslid van de regio Limburg, wordt vice-voorzitter. A. Notschaele, naast het bestuurslidmaatschap werkzaam als zelfstandig adviseur, krijgt de zeer belangrijke taak om de contacten tussen het NGI en externe instanties als het bedrijfsleven en de IT-branche te onderhouden. Een nog onbekend bestuurslid gaat aandacht geven aan het wetenschappelijk onderwijs en het hoger beroepsonderwijs, nieuwe doelgroepen van het NGI.
Penningmeester F. Sandbergen: "Het profiel van de leden wordt anders. Er was maar één vereniging en dat was een klankbord om collega’s te ontmoeten en over het vak te kletsen. De mainframers sterven uit, maar er komen geen nieuwe leden bij, hoewel er steeds meer informatici komen. Die gaan naar de HCC. Het NGI timmert veel te weinig aan de weg. Het doet hele leuke dingen maar wie weet dat?" Het teruglopende ledental en de vergrijzing zijn grote problemen voor het NGI. De afgelopen jaren meldden zich ongeveer 500 mensen per jaar af. De verwachting is dat er eind 1996 slechts 6500 over zijn. Aan de grootte van de doelgroep ligt het niet. Het NGI schat dat tussen de 100.000 en 120.000 mensen bezig zijn met de IT en dat zijn allemaal potentiële leden. Het genootschap is volgens het nieuwe bestuur echter te zeer naar binnen gericht geweest om te profiteren van de groei van de doelgroep en heeft zich niet aangepast aan het nieuwe profiel van de IT’er. Secretaris A. van Dijk: "De Cobol-krasser verdwijnt. De markt verschuift richting organisatie-adviseurs en dergelijke. Er ontstaat een grotere doelgroep met een nieuw profiel."
Beschadigd imago
Het bestuur wil het beschadigde imago van het NGI herstellen door een verbeterde communicatie op alle fronten. Zo moet het contact tussen bestuur enerzijds en de afdelingen en regio’s anderzijds beter worden, maar vooral zal de vereniging meer naar buiten moeten treden. Zo moet duidelijk worden dat het NGI meerwaarde biedt in zijn rol van netwerk en kennisplatform. Hoe dat concreet in zijn werk moet gaan is nog niet helemaal duidelijk. Van Dijk noemt onder andere het "enthousiasmeren van commissies en afdelingen" en het ondersteunen van symposia en onderzoek. Ook wordt het idee geopperd om de doelgroepen vaker te wijzen op voor hen geschreven publikaties of te bestoken met speciale aanbiedingen of diensten. Op die manier moet het NGI maatschappelijk weer iets te betekenen krijgen, aldus het bestuur. Het wijst er met klem op dat het pragmatisch te werk wil gaan. Het doet liever "kleine dingetjes die weinig kosten om te laten zien wat het NGI doet" dan dat het beleidsplannen maakt. Ondanks het teruglopende aantal leden heeft het nieuwe bestuur wel wat financiële speelruimte: "Er kan geld vrijgemaakt worden als dat nodig is. De vereniging heeft wat buffer hier en daar die we kunnen gebruiken. Het kan ook nodig blijken om meer te doen met minder middelen." Eén doelgroep heeft het kersverse bestuur volledig over het hoofd gezien, de vrouwelijke IT’ers. De verhouding tussen vrouwen en mannen is bij de vereniging nog slechter dan in het veld, maar daar is nog geen enkele aandacht aan besteed. Ook in het nieuwe bestuur zit geen enkele vrouw. "Jammer genoeg", zegt voorzitter Verhoeven.