Microsofts masterplan met PC-besturingssystemen is niet echt gerealiseerd. Nadat IBM noodgedwongen de ontwikkeling van de multitasking opvolger van Dos, OS/2, had overgenomen, kreeg Microsoft de PC-software in een wurggreep door de klonenbouwers ervan te overtuigen Windows 3.x bij hun systemen te leveren.
IBM negeerde de klonenindustrie, maar de klanten niet; die verkozen een gratis Windows 3.x-pakket (uitgebreid naar Dos) boven de aankoop van een goed besturingssysteem van het arrogante IBM. Door de beperkingen van Windows 3.1 werden de applicaties erg PC-specifiek. Daardoor is, ondanks ernstige betrouwbaarheidsproblemen en de bijbehorende torenhoge eigendomskosten, de aandacht pas sinds kort gericht op echte 32-bits besturingssystemen.
Het succes van Windows 3.1 gaf Microsoft de tijd om een nieuw ontwikkelteam op te richten voor de bouw van de concurrent van OS/2. Dat werd Windows NT (New Technology?) genoemd, om het enigszins verwant aan Windows 3.x te laten lijken, al is dat niet het geval. NT is een nieuwe versie van het succesvolle VMS besturingssysteem van Dec. Leider van het ontwikkelteam is dan ook Dave Cutler, die wordt beschouwd als de architect van VMS. Verder heeft Microsoft een derde incompatibel PC-besturingssysteem gecreëerd, Windows 95, afgeleid van 32-bits- en multitasking-uitbreidingen van Dos en Windows.
Windows 95 is specifiek ontworpen als op Intel-processoren gebaseerd PC-produkt. NT daarentegen is gebaseerd op het Unix-concept van overdraagbare code. Het is in een hogere taal geschreven, niet in assembler, en gebaseerd op een abstractiemodel van de hardware, zodat het geschikt te maken valt voor computers met niet-Intel-processoren. Er zijn al versies ontwikkeld voor Powerpc-, Mips- en Alpha-processoren. De verkoop van de niet-PC-versies loopt tot nu toe echter slecht. De reden voor de tegenvallende verkoop op niet-Intel-processoren is het gebrek aan middleware, zoals databases en groupwareservers, en aan applicaties. Echter, net zoals vele software-produkten zijn gepoort naar verschillende Unix-varianten met diverse processoren, zullen op den duur versies voor allerlei NT-platformen beschikbaar komen.
Vergeleken met Unix heeft NT nog een lange weg te gaan, zowel in schaalbaarheid als in softwareprodukten. Bovendien is Unix multi-user en zijn vele bedrijfsapplicaties beschikbaar die goedkope Ascii-terminals gebruiken. NT is single-user (al denk ik dat Cutler een multi-user-versie op de plank heeft liggen, gezien zijn VMS-achtergrond). Microsoft zal voorlopig geen multi-user-versie van NT uitbrengen, omdat die slechts één licentievergoeding oplevert, terwijl een netwerkomgeving een vergoeding per computer betekent; één voor de server en één voor elke gebruikersmachine. Internet-specifieke terminals hebben echter een multi-user server-besturingssysteem nodig, net als X-terminals, zodat er snel iets moet veranderen. Er bestaat nog geen equivalent van goedkope NT-oplossingen, alleen de dure client/server-oplossing.
Desondanks is NT, vooral in combinatie met smp-ondersteuning (symmetrische multiprocessor) een goed besturingssysteem voor de server. Het is inmiddels ver doorgedrongen in de markt voor kantoorsystemen, ten koste van Novell Netware. NT is veel geschikter voor client/server-applicaties dan Netware. Op de client-desktop is NT echter nog niet echt aanwezig. De meeste zware NT-applicaties zijn in feite Windows-applicaties die standaard NT-servers gebruiken, waarbij NT irrelevant is – op de prijs na.
Het was een bewuste strategie van Microsoft om Windows 3.1-gebruikers een upgrade naar Windows 95 voor de desktop te verkopen (met NT op de server), om daarna nog een upgrade af te zetten, naar een toekomstig object-georiënteerd systeem, gebaseerd op NT, met de codenaam Cairo. De problemen met Windows 95 en zijn matige succes geven echter te denken.
Bij versie 3.x van NT vormde de verpakking het enige verschil tussen de client- en de server-software; het was hetzelfde besturingssysteem. Om dezelfde code-basis te kunnen behouden, draaiden de gui-faciliteiten van NT 3.x als afzonderlijke entiteit, die intern berichten uitwisselde met het kern-besturingssysteem. Dit is goed voor de betrouwbaarheid en dergelijke, dus ideaal voor de server, maar een ramp voor de prestaties, de benodigde middelen en de compatibiliteit, dus slecht voor de client. Tot aan de afwijzende reacties op Windows 95 paste dit in Microsofts ‘weer een upgrade’-strategie, maar nu moet het iets doen om het vertrouwen van de zakelijke gebruikers terug winnen. Windows NT versie 4, binnenkort uit te brengen, is slechts een nieuwe versie voor de server. Daarnaast is er een speciale client-versie met een efficiëntere, ingebedde gui – waarschijnlijk dezelfde code die wordt uitgebracht om problemen met Windows 95 op te lossen. Windows NT versie 4 client is dus het produkt voor de zakelijke client/server-markt, ten koste van Windows 95.
Dat lost niet alle problemen op. Cairo is vertraagd. De ondersteuning van drivers voor de algemeen gangbare goedkope PC-klonen is slecht. Gezien de hoeveelheid geruchten over de onbetrouwbaarheid van de bèta-versie 4.0 moet daar iets van waar zijn. Microsoft kan dus waarschijnlijk niet voor 1997 een goed desktop-besturingssysteem voor de zakelijke gebruiker bieden – maar wat er aankomt, zou moeten deugen.