BOSTON, MA – Het zonder meer overzetten van een traditionele cursus naar een multimediale omgeving levert niet automatisch betere resultaten op. In de praktijk blijken goede studenten beter te presteren, terwijl de zwakkere studenten slechtere resultaten behalen. Dit blijkt uit een onderzoek aan de Amerikaanse militaire academie West Point. De resultaten van het onderzoek werden onlangs gepresenteerd op de Ed Media-conferentie.
Derdejaarsstudenten volgden afgelopen studiejaar de cursus Computer Systems geheel online op het glasvezelnetwerk van West Point. Zij kregen 24 uur per dag toegang tot het netwerk, in plaats van driemaal per week 50 minuten les. Daarbij volgden ze een bepaalde opgegeven leerweg die hen in staat stelde van verschillende hypertekstmedia op de www-server van West Point gebruik te maken. De lesstof bestond uit meer dan één gigabyte aan educatief materiaal. Ondermeer in de vorm van een diashow, cursorisch hypertekstmateriaal, een student response-systeem, geluidsbestanden, animaties en digitale video.
Grote problemen
Ongeveer een kwart van de studenten bleek grote problemen te hebben met deze vorm van leren en haalde de opgegeven leerdoelen in het geheel niet. De goede studenten behaalden daarentegen duidelijk betere resultaten dan bij meer traditioneel onderwijs. "De wijze waarop wij multimediale leermiddelen hebben geïntroduceerd, had tot gevolg dat de prestaties van de goede studenten nog beter werden en die van de zwakkere studenten zwakker. De kloof neemt dus alleen maar toe, en dat was niet de bedoeling", aldus majoor Curtis A. Carver jr van de afdeling Elektronica en Computerwetenschap tijdens de onlangs in Boston gehouden internationale Ed Media 96. De ervaringen op West Point met multimediale leermiddelen worden bevestigd door onderzoek aan de Australische Monash University, waarvan de resultaten ook in Boston werden gemeld.
Nieuwe benadering
Het antwoord op de vraag of de inzet van multimedia een positieve invloed kan uitoefenen op het leerproces, blijkt sterk afhankelijk van de leerstijl van de individuele studenten. Wanneer een leeromgeving kan worden gecreëerd die aan deze leerstijl tegemoet komt, dan kunnen goede resultaten worden bereikt. Daarom is op West Point, in samenwerking met de North Carolina State University, een speciale leerstijlentest ontwikkeld die studenten aan het begin van de cursus online afleggen. Op basis van de testresultaten wordt een individuele leerweg uitgezet binnen de educatieve multimedia-omgeving.
Wanneer de student inlogt om een les te beginnen heeft hij de optie om het materiaal al dan niet te gebruiken overeenkomstig zijn leerstijl. Indien de student verkiest volgens zijn leerstijl te werken dan wordt zijn op de www-server opgeslagen leerstijlprofiel gecombineerd met de log-in gegevens. Zo zijn er 720 verschillende leerstijlen met bijbehorende adviezen te onderscheiden. In het nieuwe studiejaar zal worden onderzocht wat de effecten zijn van de nieuwe West Point-benadering. JL