ROTTERDAM – De huidige interim-wetgeving op telecommunicatie-gebied is strijdig met de richtlijn van de Europese Unie voor de infrastructuur. De vereisten waaraan nieuwe vergunninghouders moeten voldoen, kloppen niet.Dit concludeert mr Ger Cartigny, deskundige telecommunicatie-recht van het advocatenkantoor Nauta Dutilh. Eveneens op gespannen voet met de Europese regelgeving staat de beperking van het aantal landelijke infrastructuur-vergunninghouders.
Cartigny zet ook grote vraagtekens achter de plannen van minister Jorritsma (Verkeer en Waterstaat) om per regio slechts één extra vergunning te geven voor spraaktelefonie.
Op de verkeerde weg
Hij sprak tijdens een seminar over actuele ontwikkelingen op het gebied van telecommunicatie. Volgens Cartigny zit het Kabinet op de verkeerde weg met het scherper tot uitdrukking laten komen van het onderscheid tussen infrastructuur en dienst.
In de laatste Europese richtlijnen is dit verschil juist vervaagd. Het aanbieden van infrastructuur wordt meer en meer gezien als het aanbieden van een dienst, vergelijkbaar met andere diensten. Uit een dit jaar aangenomen richtlijn voor infrastructuur blijkt dat infrastructuur wordt beschouwd als een dienst die in beginsel in vrijheid moet kunnen worden verleend.
Cartigny vreest dat de interim-wetten al weer verouderd zijn tegen de tijd dat ze worden aangenomen. Zelfs als het aanbieden van regionale infrastructuur zonder radiofrequenties aan een vergunning zou mogen worden gebonden, is het nog maar de vraag of de Europese richtlijn wel toelaat dat het aantal vergunningen per gebied beperkt wordt tot één. Zo’n beperking mag alleen wanneer de vergunninghouders ook radiofrequenties gebruiken, maar het punt is nu juist dat deze regionale vergunninghouders niet de beschikking krijgen over radiofrequenties. Corr.