Over de gehele linie zullen de externe bestedingen aan automatisering in Nederland dit jaar dalen, terwijl het aandeel van de uitgaven die te maken hebben met logistiek zal stijgen, zo blijkt uit het rapport ‘Logistieke automatisering 1995’ van Heliview. Olie en chemische industrie blijken relatief vaak gebruik te maken van logistieke dienstverlening. Elektronische gegevensuitwisseling speelt volgens dit onderzoek slechts een bescheiden rol.
Op basis van ondermeer andere Heliview-onderzoeken op automatiseringsgebied en telefonische interviews schetst het Bredase onderzoeksbureau Heliview Marketingservice een beeld van de logistieke automatisering in Nederland. Het onderzoeksrapport is voor het belangrijkste deel gebaseerd op de gegevens uit de telefonische interviews die plaatsvonden in juli 1995. De samenstellers van het rapport merken daarbij op dat het mogelijk is dat de gegeven antwoorden niet overeenkomen met de realiteit. Toch hopen ze een beeld te scheppen van de stand van zaken en planning ten tijde van de interviews en de plannen voor dit jaar.
Bij 61 procent van de respondenten die gebruik maken van automatisering draaide in juli 1995 een geautomatiseerd logistiek systeem. Het onderzoek verstaat daaronder een systeem waarbij minimaal de voorraadadministratie is geautomatiseerd en dat verder gaat dan het bij- en afboeken van voorraad. In de tweede helft van 1995 zou dit percentage nog gaan stijgen tot 64. Relatief weinig bedrijven konden op dat moment al uitspraken doen over de plannen voor 1996. Het rapport gaat er echter van uit dat voor het eind van dit jaar bij 65 tot 70 procent van de ondernemingen een dergelijk systeem aanwezig zal zijn.
Ongeveer een kwart van de bedrijven die deelnamen aan het onderzoek overweegt de aanschaf van logistieke software. Voor 39 procent daarvan gaat het hierbij om een eerste aanschaf, terwijl vervanging bij 35 procent aan de orde is en het bij 21 procent investeringen in uitbreidingen betreft. Daarbij gaat het vooral om standaardsoftware; bij bedrijven met minder dan honderd werknemers heeft 80 tot 90 procent daarvoor een duidelijke voorkeur. Als doel van de investeringen in het logistieke proces noemen de respondenten zaken als ‘een betere logistieke prestatie naar de markt’, ‘meer functionaliteit in één systeem’ en ‘het stroomlijnen van het interne logistieke systeem’.
Leveranciers kiezen
Wat bepaalt nu de keuze voor een leverancier van logistieke software of voor een dienstverlener op dit gebied? Bij de keuze van een dienstverlener komt bij 30 procent van de respondenten een goede service op de eerste plaats. Ook belangrijk blijkt de goede reputatie en naam (18 procent). Eigen ervaringen met een dienstverlener of leverancier van software werden ook belangrijk gevonden.
Vooral bij de keuze van dienstverleners speelt de prijs een belangrijke rol (21 procent). Bij de keuze van leveranciers van software is dit minder het geval (13 procent). Voor relatief veel bedrijven in de transportbranche speelt de nabijheid van de dienstverlener een rol van betekenis in de keuze. De bedrijfstak textiel-, leder-, hout- en meubelindustrie hecht relatief veel waarde aan de branchegerichtheid van de dienstverlener.
Bij meer dan de helft van de respondenten (58 procent) met een geautomatiseerd logistiek systeem speelt edi (electronic data interchange) geen rol en zal het dat ook niet gaan doen. Zijn er wel plannen op dit gebied, dan is het per bedrijfstak verschillend waarvoor men edi zal gaan gebruiken. Meestal gaat het om plannen op het terrein van de orderregistratie en verkoop (10 procent). Vooral bij bedrijven met meer dan tweehonderd werknemers is dit het geval. Daar ligt het percentage op 39. De transportbranche heeft, met 68 procent, het grootste aandeel aan edi-gebruik in het logistieke systeem; in de papier- en grafische industrie en in de metaal-, metaalprodukten- en elektrotechnische industrie ligt dit percentage veel lager.
Minder extern besteden
Bedrijven met een geautomatiseerd logistiek systeem of plannen voor de aanschaf daarvan, zullen in 1995 ongeveer 40 procent van de bestedingen die te maken hebben met logistiek uitgeven aan de aanschaf van hardware. Voor de aanschaf van software ligt dit percentage op 32, terwijl ongeveer 27 procent is of zal worden besteed aan dienstverlening op het gebied van logistieke automatisering.
Bedrijven die al beschikken over een geautomatiseerde logistieke applicatie, of plannen hebben voor de aanschaf daarvan, zullen in 1996 minder extern besteden aan automatisering dan in 1995 – naar verwachting zelfs 15 procent minder.
Bij ruim driekwart van de bedrijven die meededen aan dit onderzoek is sprake van goederenverplaatsing binnen de vestiging. Bij 83 procent van de bedrijven zijn er voorraden binnen de vestiging. Vooral de bedrijfstakken olie en chemische industrie (89 procent) en voedings- en genotmiddelen (86 procent) hebben met beide te maken. Van de bedrijven in de groot- en tussenhandel geeft 17 procent aan niet te maken te hebben met voorraden (zie figuur 1).
In de textiel-, leer-, hout- en meubelindustrie, de voedings- en genotmiddelenindustrie en de papier- en grafische industrie komt het nog regelmatig voor dat geen eigen personeel aanwezig is met automatiseringstaken. Gemiddeld echter heeft ieder bedrijf hiervoor ongeveer vier mensen in vaste dienst. Het aantal automatiseerders binnen een organisatie stijgt daarbij met de grootte van het bedrijf. Ondernemingen die al een geautomatiseerd logistiek systeem hebben, besteden zo’n 4 procent van hun automatiseringsformatieplaatsen aan de logistieke automatisering.
Maatwerksoftware
Wat zijn de meest gebruikte geautomatiseerde toepassingen? Bij de meeste respondenten (93 procent) is de financiële administratie geautomatiseerd. Ook het factureren gebeurt veelal (89 procent) ondersteund door automatisering. De orderadministratie is bij 84 procent van de aan dit onderzoek deelnemende ondernemingen geautomatiseerd en 73 procent kent een geautomatiseerde verkoop. Het voorraadbeheer is bij 72 procent van de vestigingen geautomatiseerd. Over een operationeel logistiek systeem dat minimaal de voorraadadministratie automatiseert en verder gaat dan het bij- en afboeken van voorraad beschikt 61 procent van de onderzochte geautomatiseerde bedrijven.
De papier- en grafische industrie, de textiel-, hout- en meubelindustrie, het transportbedrijf en de voedings- en genotmiddelenindustrie liggen onder dit gemiddelde. De bedrijfssectoren groot- en tussenhandel, olie- en chemische industrie en metaal-, metaalprodukten- en elektrotechnische industrie liggen erboven (zie figuur 2). Het gebruik van een dergelijk systeem hangt ook samen met de grootte van het bedrijf. Bij bedrijven met twintig tot vijftig werknemers beschikt 54 procent over een geautomatiseerd logistiek systeem; bij bedrijven met tweehonderd of meer werknemers gaat het om 80 procent.
Bij veel bedrijven die werken met een geautomatiseerd logistiek systeem gaat het om (ondermeer) maatwerksoftware die niet zelf gebouwd is (dit geldt voor 30 procent) of programmatuur op maat die wel zelf ontwikkeld is (29 procent). Vooral de transportbranche beïnvloedt met 57 procent het hoge percentage van 39. Zelf ontwikkelde maatwerksoftware wordt het meest gebruikt bij de grotere ondernemingen.
Via een netwerk
Van alle bedrijven met een operationeel logistiek systeem gebruikt 36 procent een standaardpakket. De pakketten die het meest gebruikt worden, zijn Triton, pakketten van Exact en E-Pas (zie figuur 3).
Als leveranciers van logistieke pakketten zijn vooral Baan Info Systems en Exact populair. Organisaties met meer dan tweehonderd werknemers noemen SAP het vaakst als hun leverancier. SSA wordt het meest genoemd door bedrijven met meer dan honderd werknemers.
Wat de hardware betreft is de AS/400 met 20 procent het meest in trek voor de huidige logistieke applicaties. Vooral bij ondernemingen met meer dan honderd werknemers is dit het geval. Het percentage AS/400-gebruikers ligt daar op 38. Andere veelgenoemde systemen zijn Compaq Proliant en RS/6000. Vooral de transportbranche meldt de logistieke applicaties niet te gebruiken op een bepaald systeem, maar via een Novell-netwerk. Bedrijven met meer dan tweehonderd werknemers gebruiken veelal Dec/Vax-en HP 9000-systemen. Overigens gebruikt het merendeel van de bedrijven hun logistieke applicaties in een netwerk.
Van de bedrijven die werken met een geautomatiseerd logistiek systeem, koppelt 35 procent dit met het systeem van de financiële administratie. Ook koppelingen met het verkoop-, het inkoop-, het produktieplannings- en het produktiebesturingssysteem komen voor.
Meer dan één doel
Een zwak punt van de gebruikte logistieke applicatie vinden veel respondenten de ‘afhankelijkheid van de leverancier.’ Ook zaken als ‘bewerkelijkheid’, ‘gecompliceerd’, ‘gedateerd’ en ’traagheid’ komen naar voren als negatieve punten. In de bedrijfstak groot- en tussenhandel noemt men de prijs van het systeem vaak als een negatief punt; andere bedrijfstakken noemen dit punt helemaal niet.
Bijna twee derde van alle deelnemers aan dit onderzoek heeft geen plannen om externe adviesbureaus in te schakelen voor de logistieke automatisering (zie figuur 4). Daarbij valt het de onderzoekers op dat dit beeld niet afhankelijk is van de bedrijfstak of van de grootte van de onderneming. Bestaan er wel plannen voor het inschakelen van een extern adviesbureau, dan is het doel daarvan in veel gevallen om het logistieke proces door te lichten (30 procent), om hulp te bieden bij de keuze voor een pakket (27 procent), om de implementatie te begeleiden of te verzorgen (19 procent) of om het logistieke proces te optimaliseren (18 procent). Overigens noemen de respondenten vaak meer dan één doel.
Marianne Bauman, freelance medewerker Computable