NIJMEGEN – Het conventionele onderwijs in IT-projectmanagement is, zowel in de industrie als in de academische wereld, niet effectief. Een andere opzet van dat onderwijs is derhalve nodig.
Tot deze conclusie komt professor John A. Symes, bijzonder hoogleraar Management van Softwareprojecten aan de Faculteit der Wiskunde en Informatica van de Katholieke Universiteit Nijmegen in zijn inaugurele oratie die hij vorige week hield.
Volgens hem missen projectmanagers in de IT-industrie vaak een aantal vaardigheden om hun project tot een succes te maken. Zij richten zich te veel op interne projectkwesties en houden te weinig rekening met het bredere ‘business’ perspectief.
Dynamische loopbaanontwikkeling
De explosief groeiende IT-industrie kent een dynamische loopbaanontwikkeling. Het is vrij normaal dat iemand start als programmeur, zichzelf opwerkt via functies als analist en ontwerper en uiteindelijk terechtkomt in een management- of adviesfunctie. Door de snelle carrière-ontwikkeling, mede mogelijk gemaakt door personeelstekorten, is er nauwelijks gelegenheid om kennis en vaardigheden te consolideren. Dat geldt ook op het gebied van projectmanagement. Het gevolg is dat projecten niet op tijd worden afgeleverd, budgetten worden overschreden en de opgeleverde software onbetrouwbaar is of niet tegemoet komt aan de specificaties.
Andere aanpak
Studenten moeten derhalve beter worden voorbereid op en getraind in een functie in de IT-industrie. Als voorbeeld waarop dat zou kunnen gebeuren, noemde Symes in zijn oratie het ‘studenten softwarehuis’ dat de informaticafaculteit van de Kun sinds drie jaar kent en vrijwel een exacte weergave is van een ‘echt’ softwarehuis. De deelnemende studenten acquireren projecten bij echte klanten en ontwikkelen software als eindprodukt. Omdat ook de (project)managementrollen worden vervuld door studenten, worden zij geconfronteerd met alle managementproblemen die zich voordoen bij het leiden van zowel ontwikkelprojecten als een softwarehuis.
Deze aanpak, die volgens Symes effectiever is dan de klassieke leermethoden, zou moeten worden voortgezet in het postacademisch onderwijs. Universiteit en industrie moeten daarin nauwer samenwerken. Symes, als directeur Kwaliteitssystemen werkzaam bij BSO/Origin, pleit voor een Pao-programma dat moet opleiden tot een soort ‘Master in Projectmanagement’.
Aansluiting bij industrie
Wellicht dat de graad zou kunnen worden afgestemd op de criteria die de industrie wil gaan hanteren voor het certificeren van projectmanagers. In dat geval kan aansluiting worden gevonden bij het certificatieprogramma dat PMI Nederland, een beroepsvereniging voor projectmanagement, in Nederland heeft geïntroduceerd. Dat programma, afkomstig uit Engeland, beschrijft de kwaliteitseisen waaraan een projectmanager moet voldoen. Eind vorig jaar ontvingen de eerste twintig Nederlandse projectmanagers een certificaat na het succesvol doorlopen van het programma. CZ