Elke werkdag behandelt Computable een onderwerp waarover lezers kunnen discussiëren. Vandaag over de terugkeer van het jonge Microsoft, dat software maakt voor veelgebruikte platformen van anderen.
Microsoft was ooit een maker van software – programmeertalen en programma’s – voor de platformen van anderen. Voordat de marktdominantie van Windows was bewerkstelligd. Nu, in het tijdperk van mobile en cloud is Windows niet meer heilig, ook niet voor Microsoft. De ict-reus ontpopt zich tot cloudaanbieder en app-maker, juist ook voor andermans platformen.
Daarbij krijgen apps voor iOS en Android soms meer aandacht dan en ook zelfs voorrang boven die voor Windows/Windows Phone. Microsoft is niet simpelweg maker van apps, maar maakt ook gelijk aantrekkelijke, interessante apps. Zoals bijvoorbeeld Powerpoint-alternatief Sway of informatiezoek-app Office Delve. Microsoft moet wel, want het wil meedoen in andermans speeltuin waar al veel meer app-aanbieders zijn. De nieuwe incarnatie van Microsoft luidt een terugkeer naar de jeugd van het bedrijf in. Wat vind jij?
‘Microsoft keert terug naar zijn roots’ betekent dat dat ze weer slechte software gaan maken?
“‘Microsoft keert terug naar zijn roots’ betekent dat dat ze weer slechte software gaan maken?”
Zijn ze daar ooit mee gestopt dan?
Dat ze slechte software maken is tot daar aan toe, dat mensen het kopen is veel erger.
Als de software van Microsoft altijd zo slecht is geweest dan snap ik niet dat concurrenten het nooit hebben gehaald in de PC / Laptop tijd. Klaarblijkelijk was het:
1) Toch niet zo slecht ?
2) De alternatieven nog slechter,
3) De alternatieven geen vergelijk op functionaliteit,
Toegegeven de eerste OS-en waren slecht maar toen had microsoft het probleem al dat het OS en het hardware deel, wat werd aangevuld door ondersteuning van drivers door derden, dat het samen een zootje werd.
De roots van Microsoft liggen vooral aan de consumentenkant en of OS/2 beter was is dus niet relevant want populairiteit weegt zwaarder dan stabiliteit. En de snelle Time-to-Market zien we trouwens niet alleen bij Microsoft met adoptie van Continuous Delivery. Terug naar de zandbak welke nu weleens gevuld kan zijn met drijfzand omdat hele principe van Continuous Delivery ook niet werkte in de financiële sector. Ja, ja Trustworthy Computing klinkt ouderwets maar als we door de marketing van Microsoft heen prikken en verder terug gaan naar de roots van ’time-sharing’ dan komen we op de 4 pijlers van Allen-Babcock:
1. Een ‘ijzer’sterk besturingssysteem.
2. Betrouwbaar (onderhouds)personeel.
3. Een effectieve toegangscontrole.
4. Toevoeging van gebruikersprivacy.
Eerste punt is nog wel in te vullen, hoewel we met alle virtualisatie niet moeten vergeten dat draadloos stroom niet bestaat. Tweede punt lijkt al wat lastiger te worden doordat ‘agile team’ ook veranderlijk blijkt te zijn en kan me ramp met RBS van twee jaar geleden nog herinneren. Betreffende de laatste twee punten hoeven we alleen maar te kijken naar de invulling van R/CBAC modellen boven de ESB en alle rondzwervende informatie daar. Ik haal dit aan omdat ik een jaar of 7 geleden op de campus van Microsoft was en toen al het verhaal hoorde dat er twee werelden zijn, die van het luchtverkeerssysteem en die van de passagiers.